Translate

346. VLAAMS ONDERWIJS: EEN EDUCRATIE.

 

Het niveau van Vlaamse leerlingen gaat voor zowel lezen, wiskunde als wetenschappen opnieuw achteruit. Het niveau was nog nooit zo laag en gaat sneller achteruit dan gemiddeld binnen de OESO. Er zijn maar vier landen – Nederland, Finland, IJsland en Griekenland – waar het niveau voor lezen en wetenschappen op lange termijn sneller is gedaald dan in Vlaanderen. Voor wiskunde zelfs maar twee landen. Aldus een nieuw rapport van de OESO. 


Koen Pelleriaux, topman van het officieel onderwijs, herhaalt zijn dooddoener van altijd: het enige wat we kunnen doen is zo goed mogelijk proberen om ons onderwijs te verbeteren. Dat zou je een zelf uitgereikt brevet van onvermogen kunnen noemen, of, in onderwijstermen, een zwaar onvoldoende. Het katholiek onderwijs klopt zich op de borst: bij de uitrol van de minimumdoelen en de leerplannen gaat er meer tijd en meer aandacht naar wetenschappen, wiskunde en Nederlands. Anders gezegd: wij zijn goed bezig!


In de praatprogramma's komen de bekende oorzaken aan bod: tekort aan leraren en instroom van kinderen met taalachterstand worden als de belangrijkste aanzien. Andere oorzaken, wellicht fundamenteler, worden aangeraakt, maar er wordt niet op doorgegaan: de macht van de onderwijskoepels en de pretpedagogie.  


De onderwijskoepels in Vlaanderen zijn machtig. De katholieke zuil van de Guimardstraat was zeer lange jaren het eigenlijke ministerie van onderwijs, ook nog na de bevoegdheidsverschuiving van federaal niveau naar Vlaams. Ik herinner me van een ingewijde de katholieke ontsteltenis bij de eerste niet-katholieke onderwijsminister, de socialist Luc Van den Bossche. Nu kreeg de katholieke koepel plots niet meer automatisch alle documenten doorgespeeld, ze moesten er beleefd om vragen! Hoe zouden ze nu beleid voorbereiden?! 


Zonder de onderwijskoepels kan weinig. De moedige minister Weyts probeert er het beste van te maken, maar hij is constant de kop van jut. Men gunt hem af en toe een succesje. Zo slaagde hij erin gemeenschappelijke toetsen  ingevoerd te krijgen en die zullen in de loop van 2024 voor het eerst worden afgenomen. Een dergelijke maatregel kan even belangrijk worden als zij symbolisch is: alle onderwijsprojecten aan dezelfde meetlat! Het hangt natuurlijk af van de sérieux  van de toetsen! 


De onderwijskoepels gaan prat op een eigen onderwijsproject! Het is helaas verwaterd. Ze hebben de schoolpoort opengegooid voor de islam, ook de katholieke koepel. Een merkwaardige verdieping van het katholieke project! Wat is daarvan de diepere filosofische inspiratie? Het is makkelijk raden: omzet! Er is een permanent gevecht om de leerling en dat wordt grotendeels verklaard door het financieringssysteem. Hoe meer leerlingen hoe meer geld. Als je je deel van de koek wil houden of vergroten, dan moet je nieuwe klanten aantrekken. Daarom grossieren de hogescholen in soms fantasierijke afstudeerrichtingen om toch maar geen potentiële student te verliezen. Diploma-inflatie, wie maalt erom?


Maar misschien komt de eigenheid tot uiting in het pedagogisch aspect van de projecten? Ook dat is niet het geval, integendeel. Over de netten en koepels heen heerst eenzelfde pedagogische benadering: vanuit het kind. Er zijn nuances weliswaar, de Steiner-scholen doen het inderdaad enigszins anders, maar wel vanuit dezelfde oriëntatie. Ook hier dus weinig eigenheid. Dat pedagogisch project is een heilige koe voor de fanatieke aanhangers, een gruwel voor de anderen. Ik vergelijk met vroeger.


In mijn kindertijd was het onderwijs autoritair. Mijn herinneringen gaan terug naar de klas van de lagere school, waar juffrouw Bertha kennis indramde op haar eigen autoritaire wijze. Ze had een collectieve en een individuele aanpak. De ene keer scandeerde ze voor de hele klas een reeks vragen, die ze aflas van steekkaarten en waarop wij braaf het antwoord opdreunden: is er meer dan één God? Allen: Neen, er is maar één God! En individueel: wat is de hoofdstad van België, Carpentier? De jongen veerde recht: Brussel, juffrouw! 


In de middelbare school lag de klemtoon op kennis, kennis, kennis. Hele dagen les en ‘s avonds individueel huiswerk in de klas, want het was een internaat, waar de jongens altijd samen waren. Er was geen afleiding, alleen studie. Wie niet mee kon, viel af. Zodoende schoten er van de 45 leerlingen van het eerste middelbaar op het einde, in de retorica, nog 5 leerlingen over, aangevuld met zittenblijvers en enkele jongens van andere scholen. 


Het resultaat: kennis voor de beteren, afhaken van de minder getalenteerden. En dat zou niet nodig zijn geweest, mits een elementaire vorm van leerlingenbegeleiding. Herhalingslessen bijvoorbeeld, individuele opvolging, het bestond niet. Het was een extreme onderwijsopvatting met een ijzeren discipline en een onverbiddelijke selectie. Dat moet niet terugkomen.


Hoe anders is het nu. Kennis heeft ingeboet ten bate van vaardigheden en de leerling staat centraal. Het kind wordt gestimuleerd om zelf aan het leren te gaan. En iedereen moet worden meegenomen, desnoods verlaagt men het niveau. 


Het resultaat: afnemende kennis, jaar na jaar, gecombineerd met stuurloosheid als gevolg van weinig normen en weinig discipline. Leerlingen zijn het gewoon geraakt de leraar frontaal tegen te spreken, maar raken ook in de war, ze hebben geen houvast. Net in een chaotische tijd als deze - voor de jeugd gedomineerd door het mobieltje - is houvast nodig. De school geeft die niet en buigt mee met de leerling. Verpampering en verlaging van het niveau zijn het resultaat. Een extreme onderwijsopvatting, opnieuw.


Het bredere plaatje: uit edele motieven - de zelfontplooiing van het kind - wordt dat kind aan zijn lot overgelaten. Begrijpen die pedagogische begeleiders dan niet dat opvoeding sturing is? Het is wat jij wil leidt rechtstreeks tot domme volwassenen zonder referentiekader, zonder ruggengraat om te kunnen functioneren in een eisende maatschappij. Het is de consumentenlogica van de commercie. 


Begrijpen ze niet dat net de school houvast kan en moet bieden door een duidelijk aanbod, studie-organisatie, consequent handelen? Er moet geen leuke sfeer zijn, er moet een studiesfeer heersen. De school behoort een rustpunt te zijn voor overprikkelde kinderen! Ban de prikkels! Schep rust en neem er de tijd voor. Concentratie kan worden geoefend! In het tv-programma Wortelboer en van Rossem bezochten we een klas met een lerares, die een robot had binnengebracht om haar leerlingen taal en spelling aan te leren. Alweer nieuwe prikkels om de aandacht weer 5 minuten gaande te kunnen houden! Ban de prikkels! 


Begrijpen die pedagogische nieuwlichters niet dat hun pedagogische aanpak leidt tot meer privé-onderwijs voor wie het kan betalen en slecht onderwijs voor de massa? Ze werken verdorie mee aan de tweedeling van de samenleving! In mijn jeugd had ik een hekel aan het internaat. Waarom kinderen op de wereld zetten als je ze vervolgens opsluit in een autoritair kamp, ver van huis? Vandaag de dag zou je twijfelen: misschien is het internaat voldoende prikkelarm om studie te kunnen toelaten…


Je kan zoveel als je wil het aanbod van Nederlands, wiskunde en wetenschap opkrikken, als de mentaliteit niet verandert zal het weinig soelaas bieden. Er moet opnieuw gestudeerd worden! Studeren, niet bezighouden en daar is een sfeer voor nodig van stilte en concentratie. 


Helaas, het onderwijs is slechts een doorslag van de mentaliteit in de maatschappij: laat maar waaien, met een duur woord: permissiviteit. Hoeveel ouders geven nog sturing? Ouders behandelen hun kinderen als volwassenen, wat ze niet zijn. Sturen is uiteraard lastig, er kruipt tijd in, toezicht, confrontatie zelfs. Hoeveel ouders pladijzen hun kind voor de tv met een zak chips en een fles cola? Of zijn met zichzelf bezig, zie het programma Ik vertrek, waarin ouders zichzelf willen waarmaken in een buitenland en de kinderen meesjouwen als bagage?! Ouders laten maar betijen en vinden alles goed. Iedereen herinnert zich wel ouders die hun kind laten ravotten op restaurant en zelfs in het vliegtuig. 


Doen wat je wil is onderdeel van de pretcultuur. Ook openbare omroepen doen eraan mee. De pretcultuur leidt af, haalt het niveau naar omlaag, creëert domme volwassenen. Men gaat erin mee, omwille van kijkcijfers. Waarom moet een gewaardeerd programma als Dieren in nesten om de haverklap schakelen van Gent naar Zuid-Afrika naar Opglabbeek en alweer terug naar Zuid-Afrika? Opdat de kijker niet schakelt naar een andere uitzending! Kijkcijfers brengen publiciteit op en daaraan wordt verdiend, een puur Amerikaans commercieel model. De media doen mee aan het dom maken. Niet waarheid en werkelijkheid zijn van belang, maar wat scoort. Dit grote maatschappelijke probleem staat evenwel los van de Vlaamse onderwijsverkokering, ook in ons omringende landen speelt het probleem op. Het is een zwaar probleem van de waarden-loosheid van de Amerikaanse importcultuur. Iedereen competent, weet je wel, ter wille van het verdienmodel.


Welnu, als ergens begonnen kan worden met een tegenstroom, dan is het in het onderwijs. Maar daar is visie voor nodig, geen ideologie, geen compromis van de bestaande voorkeuren. Een visie gericht op kennis en vorming. En gevolgd door een reeks op elkaar inspelende maatregelen, o.a.:


1.De subsidiëring per leerling moet worden teruggedrongen, met het doel de klemtoon op omzet te vervangen door een klemtoon op kwaliteit. Directies zullen dan niet meer meebuigen met de ouders, waardoor de leraar bij conflict niet meer als eerste verdachte wordt gezien. Recent voorbeeld: een woedende vader verdenkt een lerares ervan zijn zoontje onheus te hebben behandeld: ge blijft van mijne kleine af, de volgende keer sla ik uw tanden eruit. Waarom doet deze directie niets? Is de kinderprocureur er niet ook om baldadige ouders vermanend toe te spreken?  


2. De macht van de koepels aan banden. Zij slorpen veel geld op, rechtstreeks en door de parallelle organisatie van dezelfde richtingen. Daarom is het Vlaams onderwijs zo duur. Hier is financiële lucht te halen. 


3. Meer homogene klassen. Grote klassen met uiteenlopende startsituaties is een recept voor verdomming, een merkwaardige opvatting van gelijkheid. 


4. Opleiding tot leraar op hoger niveau, zowel inhoudelijk als didactisch. Een academische vorming met stage lijkt aangewezen. De dan bekwame leraar verdient vervolgens vertrouwen, autonomie en een beter loon. Dan wordt het beroep vanzelf aantrekkelijk. 


5. Een prikkelvrije klas met een zekere discipline en de klemtoon op leerstof en op de relatie leraar-leerling. De computer is geschikt voor bepaalde materies, voor andere wordt hij dichtgeklapt. Geen smartphone in de klas. Ernstige evaluaties, een centrale lat voor alle scholen van alle netten. Is inspectie dan nog nodig? 


Aanvullende maatregelen voor basiskennis Nederlands, uitzuiveren van de kerntaken, betrokkenheid ouders, klasgrootte, beperking afstudeerrichtingen en wellicht nog andere zijn uiteraard raadzaam.


Het is aan de politiek. Het Vlaams parlement kan decretaal ingrijpen. Met name die politieke partijen zonder binding met een onderwijskoepel: NVA, Vlaams Belang en VLD, want CD&V en Vooruit hebben machtsbelangen in het onderwijs. Groen en Pvda willen fanatiek verder gaan op de heilloze weg van vandaag, zij vallen ook af. 


En nu de realiteitstoets! Helaas, als je raakt aan de macht van de onderwijskoepels, open je de aanval op een zwaar bevochten ideologisch evenwicht, zo wordt dat in de partijcenakels beleefd en wellicht alleen daar. De nood aan substantiële verandering botst op de weerzin voor wat men snel een nieuwe schoolstrijd noemt en daarom boeren we maar verder met kleine maatregelen  - stapje voor stapje, tot sint juttemis - in de hoop dat de onderwijstanker ooit wel zal keren, hoop doet leven! De macht van de koepels is een educratie, vergelijkbaar met de particratie van de politiek. Het is vrij hopeloos. Verstandige en kapitaalkrachtige ouders lossen het zelf op…


De politieke reacties waren voorspelbaar. Meer rechtse partijen hameren op kennis en het stoppen met pedagogische nieuwlichterij. Meer linkse partijen hameren op een onderwijsherstelplan met alle betrokken onderwijspartners, meer van hetzelfde dus, wat al jaren niet blijkt te werken.


Ook krantenlezers reageren, zowel in Nederland, dat eveneens wordt getroffen, als in Vlaanderen. Een korte selectie:


Lisette Theunis: warme maaltijden, vervoer en smartphones zullen het verval niet stoppen.


Jan Opgenhaffen: in crèche tot kind geen pamper meer nodig heeft, in kleuterschool tot kind voldoende Nederlands kent, in lager onderwijs tot alle basiskennis voldoende is verworven.


Erwin Van Wynsberghe: schaf overbodige activiteiten af, zwemmen bijvoorbeeld, dat leer ik mijn kinderen zelf wel. 


Benny Depré: schaf de commerciële invulboeken af.


Marc Deweerdt: mijn dochter zeurde aan mijn hoofd voor een iphone. Ik gaf ze een refurbished toestel, ze werd ermee uitgelachen. Verbied mobieltjes op school! 


Liesbeth Ongenae: leerlingen worden dikwijls gelost 10 minuten voor het einde van de schooltijd, ze kunnen ze niet baas. En dan lopen ze naar de broodjeszaken!


Marjan Tuytaert: net als in voetbal moet er eerste klas zijn en lagere klassen, wat is daar mis mee? 


Geert Tomassen: hou op met voor leuk te gaan, je creëert er verwende kinderen met lege hoofden mee.


Albert Bakker: we leveren een tsunami van laaggeletterden af.


Alette van Dongenaar: we voeden consumenten op in plaats van nieuwsgierige en verantwoordelijke burgers. Alles wat een beetje moeite kost, moet verzacht worden, want o wee als de leerling zich niet competent voelt, dat is zielig.


Tot slot, ik krijg wel eens te horen: u bent niet meer op de hoogte meneer! Wel, dat is een armoedige verdediging van lui, die met hun kop in de wolken leven. Hoe is het mogelijk?! Die pedagogische en didactische nieuwlichters zijn ideologische doordrammers, die de harde feiten van PISA willen aanpakken door meer van hetzelfde. Zij zijn altijd op de goede weg! Maar wel kritiek op de consumptiemaatschappij, zij doen het verdorie zelf! Pretpedagogen: eruit!


Herman van Schoten, Armação de Pêra, Portugal, 15/12/2023.

Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten