Translate

235. DE GELEERDE MAN.

 

Hij stond haar op te wachten aan de schoolpoort. Dat wil zeggen, hij bleef op 20 m. afstand, uit kiesheid. Ze zou misschien niet willen dat de andere meisjes iets in de gaten kregen en al zeker niet de jongens. Tegen de muur aangeleund van het aanpalende gebouw wachtte hij. Zonder spanning, gewoon op het moment dat ze naar buiten zou komen. Want ze was daar, daarbinnen, dat was zeker. De bel ging en de scholieren kwamen naar buiten. Sommigen spoedden zich naar de auto van hun ouders, anderen gingen resoluut hun weg, alleen of met twee. Weer anderen bleven hangen, in groepjes, en praatten vrolijk en druk en lachten. Nerveus werd hij niet, ze zou nu wel komen. Daar kwam ze, in het gezelschap van twee vriendinnen. Ze gingen de andere kant op, zoals hij verwacht had, daarom had hij zich aan deze kant opgesteld. Heel even keek ze zijn kant op, alsof ze iets vermoedde of verwachtte. Hij had niet gereageerd, zijn hand niet opgestoken, zich niet losgemaakt van de muur. Hij had ze gezien.


Onderweg naar huis vroeg hij zich af hoe hij met haar in contact kon komen. Erop af stappen leek hem te brutaal. Zelf zou ze evenmin de stap zetten, dat vermoedde hij toch. Ze had nochtans een signaal uitgestuurd en dat was blijven nazinderen, dagen lang. Hij moest denken aan een medicijn waarop stond vermeld : met verlengde afgifte. Het werkte na, zeker, maar de vergelijking was vergezocht. Of ook weer niet, want hij was de zoon van een apotheker en je deed wel meer merkwaardige ontdekkingen in die aparte wereld. Hoe kwam het dat zij hem zo bezig hield ? Normaal had hij geen oog voor meisjes, hij was een studiekop, een en al geconcentreerd op kennis en wetenschap. Meer dan eens schoot hij ‘s nachts wakker en ging dan een probleem van de avond daarvoor verder uitpluizen in de studieboeken. 


Maar dat signaal dus. Hij had enkele proeflessen gegeven in haar school, ook in haar klas. De leerlingen vond hij matig geïnteresseerd, ze noteerden plichtmatig wat hij hen voorhield, al had hij zich erop voorbereid zijn kennis aan te brengen met concrete voorbeelden, om deelname uit te lokken. Want zo moest het en de lerares stond achteraan toe te kijken om te oordelen hoe hij het deed. De bel ging, midden in een uiteenzetting. De leerlingen klapten hun boek dicht, borgen hun schrijfgerei op en stoven naar buiten. Eentje was blijven staan en had hem ernstig aangekeken. Ze glimlachte, een brede glimlach onder grote ogen, die straalden. Of had hij het zich ingebeeld ? Het duurde maar heel even, maar het waren seconden die stil stonden. Toen verdween ook zij. Hij was van zijn melk, wat hem nog nooit was overkomen. De dagen daarop vroeg hij zich af wat er gaande was. Was hij verliefd ? Of was het gewoon de eerste keer dat een jonge vrouw aandacht aan hem schonk en had hij dat beeld van die glimlach en die betoverende ogen daarom uitvergroot tot ideaal ? Snel keerde hij terug naar de nuchtere werkelijkheid. Ze kon hoogstens 17 of 18 zijn en hij was er toch al 24. Ze liep school op een gewone stadsschool, niet eens gymnasium. Ze volgde dus een middelmatige opleiding, die tot weinig zou leiden. Een baantje bij de gemeente, trouwen met een collega, een eenvoudig gezinnetje stichten, jaarlijks één keer op vakantie en dat zou het zijn. Beeldde hij zich in. Hijzelf daarentegen had grootse plannen. Zijn ingenieursstudie was klaar, maar hij wilde nog veel meer studeren, de wetenschap was nu eenmaal een eindeloze bron van kennis, die hij gulzig op slurpte. In zijn dromen zag hij zich als ingenieur bij Airbus of zelfs op Cape Canaveral. Met zulke stoute dromen was er maar één weg : hard studeren, harder werken dan de anderen, maar dat beviel hem net. De wetenschap was zijn liefde, zijn vader had wel eens schertsend gezegd dat de wetenschap zijn maitresse was, maar daar had hij niet mee kunnen lachen, het had hem geïrriteerd. 


Er deed zich een kans voor. De school organiseerde een afscheidsplechtigheid op de laatste schooldag, met uitreiking van diploma’s. Alle leraren, ook de gastdocenten, waren uitgenodigd. Hij ging er naartoe, benieuwd wat de nieuwe ontmoeting zou opleveren. Ze had hem gezien. Ze glimlachte haar warme glimlach en keek geregeld naar hem. Achteraf was er een kleine receptie. Ze kwam spontaan op hem toe en dat beviel hem zeer, want hij stond daar maar alleen in een hoekje te staan. Ik heb u wel gezien, aan de schoolpoort, zei ze, en ik vroeg mij af waarom, want het was niet één keer, lachte ze. Komt u speciaal voor mij ?, plaagde ze. Dat brak het ijs. Ze wisselden namen uit en telefoonnummers, maar het hare mocht hij alleen gebruiken als het dringend was, haar ouders mochten niets weten. Het beste was dat hij haar vriendin zou bellen, die zou dan de boodschap doorgeven. Ze woonde op het Kiel, vlakbij het kerkje. Afspreken zou hoe dan ook moeilijk zijn, want haar vader ging haar gangen na en ze zou een smoes moeten bedenken om er eens een uurtje tussenuit te kunnen. Maar misschien ga ik te ver, ik wil u niet op verkeerde gedachten brengen…Ze schrok van zichzelf. 


Het had hem als hemelse muziek in de oren geklonken. Nu wist hij het zeker, hij was verliefd. Maar het stoorde hem dat het zijn wetenschappelijke arbeid doorkruiste. Zich permanent concentreren lukte niet meer zo goed, haar beeld dook altijd weer op. Die glimlach en die ogen ! Hij besloot het op een praktische manier aan te pakken. Hij stond op om 6 uur, kleedde zich aan en tramde naar het kerkje op het Kiel. Hij keek op zijn horloge, ze zou nu spoedig buiten komen en dan kon hij ze verrassen en met de andere tram terug meerijden naar haar school. Ze was inderdaad blij verrast, vond het een hele eer. Dat ging zo een week lang, tot de geleerde man besloot dat hij een volgende fase moest aanvatten. Hij stelde voor om een keer af te spreken. Ze pruttelde tegen voor de schijn, maar organiseerde snel een afspraakje op het appartement van de zus van haar vriendin, die de hele zaterdag moest werken en het best vond. Thuis had ze haar ouders een winkeldag met haar vriendinnetje op de mouw gespeld, haar vader had haar nog wat extra geld in de hand gestopt. Het grote moment was aangebroken. Ze zetten zich in de lange zetel in de woonkamer, keken elkaar diep in de ogen, hij zoende haar voorzichtig. Ze nam meteen over en nam zijn mond. Ze waren in extase ! Dat ging zo een tijdje door, maar er werd ook gepraat. Eigenlijk was het nog maar hun eerste kennismaking. Ze zei dat ze vol liefde zat, maar dat ze tegelijk van de oude stempel was. Daten, deed ze niet aan mee, zuipfeestjes, daar paste ze voor en hoewel ze zich hier bij hem helemaal op haar gemak voelde, zou ze nooit verder gaan dan kussen. De rest is voor als ik getrouwd ben, of misschien eerder, maar dan moet het wel heel serieus zijn. De tijd was hun vijand, hun ontmoeting zat er al op. Hij mocht brieven schrijven als hij dat wilde, naar het adres van haar vriendin en dan zou ze zeker antwoorden. Zeker niet mailen, geen facebook, niets van dat. Ook niet mailen naar de vriendin, die moest dat toch niet zelf lezen ! De schoolpoort, dat moest hij zelf weten, maar ze zou er niet op ingaan, want dan wist de hele school het direct. 


De weken gingen voorbij en daarna ook de maanden. Af en toe ontmoetten ze elkaar. Het was een soort liefdesnestje, niet om wat ze met elkaar deden, maar omdat het stiekem was. Hij schreef lange brieven, over waar hij mee bezig was en hij bezong haar uitnodigende en warme glimlach, haar ogen en haar verrukkelijk fysiek voorkomen. Ze was enigszins mollig en, ofschoon hij maar één vrouw kende en dan nog behoorlijk oppervlakkig, had hij onmiddellijk besloten dat mollige vrouwen de mooiste zijn, dat was zo ! En de lichte blosjes op haar wangen en de piepkleine moedervlek in haar hals bedwelmden hem haast. Hij kreeg brieven terug, kort en weinig zeggend. Ze noteerde hoe ze haar dagen doorbracht, met onbenullige details, maar liet weinig van haar gevoelens zien. Ze kon zich op papier niet zo goed uitdrukken, met dat excuus vergaf hij het haar. Hij pijnigde zijn hersens over hoe het verder moest. En of het wel liefde was van haar kant, gezien haar domme briefjes. Misschien vond ze het alleen maar opwindend omdat hij een bijzonder iemand was, een gestudeerd iemand, iemand anders dan gebruikelijk in haar milieu, iemand die haar ego streelde omdat hij belangstelling voor haar had ? Toch niet om mee te pronken bij haar vriendinnen, schrok hij ? Neen, zo was ze niet, zeker niet, dat hij dat nog maar had kunnen denken. 


Dat ging zo een tijdje door, met twijfels. Op een keer keek ze ernstig, maar stond wel toe dat hij haar zoende. Toen zei ze dat ze eens goed met hem wilde praten. Ze voelde zich heel goed en veilig bij hem, maar toch was er iets. Uit zijn brieven had ze afgeleid wat een studiebol hij wel niet was. En hun gesprekken hadden haar ook geleerd dat ze ver van elkaar af stonden, wat betreft opleiding en zo. Ze kon niet zo goed praten en schrijven als hij, had dat op school niet geleerd. En besloot : ik denk dat het beter is dat we onze contacten stopzetten. Er is geen toekomst voor ons, we leven in verschillende werelden. Waar ga jij nog terechtkomen ?! In mijn wereld zou jij als vreemd overkomen en in jouw wereld zou men op mij neerkijken. Dat vind ik ervan. 


Het kwam aan als een donderslag bij heldere hemel, hij had het niet zien aankomen. Hij schreef nog een brief en kreeg ook antwoord. Ze bevestigde haar besluit, bezwoer hem haar te vergeten en dat er geen andere man in het spel was. Vrienden blijven, dat kon niet, het was alles of niets. Dat kreeg ze dan toch wel duidelijk op papier. Ze keek naar hem op, maar blijkbaar meer als mentor dan als toekomstig echtgenoot. Dat was dat.


Hij stortte zich met tomeloze energie op zijn studie en verzamelde diploma’s. Mocht inderdaad stage lopen bij Airbus en belandde uiteindelijk bij Sabca in Gosselies, waar hij bleef hangen. Door zijn werk kreeg hij uitnodigingen voor conferenties en studiedagen in Frankrijk, Zweden, VS, Mexico en dat breidde zich maar uit. Zijn directeur was zeer over hem te spreken, hij telde zijn uren niet en werkte altijd maar door. Hij had slechts één opmerking gemaakt : Bart, koop eens een nieuw kostuum ! Dat is beter in het buitenland en als je naar het kabinet van de minister moet ! Dat had hij gedaan, maar het stond hem als een bruidegom met een gehuurd feestpak van een maat te groot. Voor de directeur verborg hij zijn mening niet. De anderen kijken op de klok, placht hij te zeggen, ze moeten naar huis, naar hun vrouw, hun kroost, hun gedachten zijn elders, ze zijn een huis aan het bouwen, hun moeder is ziek. Allemaal goed, maar hun kop staat niet bij hun werk ! Het zijn kiekens ! Het Turks-Duitse echtpaar Ugur Sahin en Ozlem Tureci was dan weer zijn voorbeeld. Het waren specialisten in immuuntherapie tegen kanker en nu hadden ze zelfs een corona-vaccin uitgevonden !  Zo’n koppel ! Kon hij zo’n partner maar vinden ! 


Hij had een hobby ! Hij verzamelde schelpen, maar dan op wetenschappelijke wijze. De schelpen aan de Noordzee waren voor kinderen en toeristen, hij maakte er een studie-object van. Hij nam deel aan veldstages in Krasiejow (Polen) en op Madagaskar. Op dit eiland waren ze om het mooist ! Grote ammonieten vaak, met een buitenlaagje van opaal, maar helaas, je mocht ze niet uitvoeren. Er waren nochtans winkeltjes bij de vleet, maar dan betrof het bewerkte exemplaren, vaak doorgezaagd, voor toeristen dus. Paleontologen haalden er hun neus voor op, maar dat vond hij onterecht. Hij kocht er dan maar een aantal op internet en dat was het begin van zijn kleine verzameling, die weldra zijn woonkamer domineerde. Liefst van al ging hij alleen op stap om te graven en zo was hij al in Villers-sur-Mer geweest, Cap Griz Nez, de Gorges du Verdon en de Eifel. Helaas, uitgraven of uithakken was vaak verboden, maar toch, als niemand het zag...


Het hoofdstuk vrouwen was schaars gevuld. Hij had wel eens een afspraakje, meestal langs contacten die waren terug te voeren op het werk. Maar het bleef meestal bij één of enkele contacten. Hij voelde zich onwennig, wist niet goed waarover te praten. Als je contact wil met een vrouw, moet je uit je wereld treden en je openstellen, net dat viel hem moeilijk. Hij zag in dat hij beroepsmatig misvormd was. Stel je voor dat een vrouw zou bekennen dat ze verliefd op hem was, zou hij dan antwoorden met een wedervraag : op basis van welk experiment ben je tot dat besluit gekomen ? Hij ontmoette een  fysiotherapeute. Dat was alledaags in zijn werk gegaan. Hij sukkelde al een tijdje met de rug en de huisarts had hem een verwijsbrief gegeven voor Charlotte Dupont, kinésithérapeute à Charleroi. Ze hielp hem van zijn kwaaltje af, bleek toegankelijk te zijn èn vrij ! Tijdens haar behandelingen vroeg zij hem niet uit, maar kwam toch een en ander te weten. Zijn werk boeide haar, ze wilde er meer van weten. Hij nodigde haar uit voor een etentje en dat werd herhaald. Even had hij eraan geacht zijn kostuum tevoorschijn te halen, maar hij had het toch maar casual gehouden. Charlotte, naar bleek, eveneens, maar dan wel casual chic ! Het gesprek kwam onvermijdelijk uit op de paleontologie, hij nodigde haar uit een kijkje te komen nemen in zijn klein museum. Dat deed zij en ze was onder de indruk. Maar ze kon niet op tegen zijn oeverloze toelichting, ze kreeg als het ware college, hij was de professor en zij de niet wetende leerlinge ! Meteen daarna deelde ze hem mee de contacten te willen beëindigen. 


Kort daarna kreeg hij kennis met een verpleegster en dat bleek wonderwel aan te slaan, bij beiden. Ze begonnen zelfs plannen te maken, maar ook nu liep het mis. Ze vroeg naar zijn kinderwens en die had hij niet. Hij kon zich onmogelijk voorstellen als vader, had daar geen gevoel bij. Dat werd het breekpunt. Vrouwen zijn ingewikkelde wezens, besefte hij. Toevallig zag hij op tv een herhaling van Four weddings and a funeral. Op elk potje past uiteindelijk een deksel, begreep hij, maar de ideale partner bestaat niet. Zou er één vrouw bestaan, die zich kon vinden in zijn voorwaarde : een latrelatie, zonder kinderen en voor pakweg 10 jaar ? Het leek hem elementair en na twee glazen whisky was het een vanzelfsprekende eis...


Zo bleef hij vrijgezel. Er was een keerzijde. Koken kon hij niet, daarvoor was hij aangewezen op het bedrijfsrestaurant. Zijn appartement was ongezellig en slordig, typisch vrijgezel. Als hij zijn ouders bezocht gaf moeder hem eten mee voor een paar dagen, alsof hij nog student was. 


Deze toestand bleef niet zonder gevolg. Hij verhardde zichtbaar. Op alles en iedereen had hij kritiek. De media en de politiek waren bevolkt door derderangs figuren, zo was het toch ! Als je iets echt weten wilde, kocht je een boek van een specialist in de materie, in plaats van je tijd te verdoen aan napraters en meepraters. De wereld bestond uit kiekens, je hoefde de tv maar aan te zetten of het was van dat. Deze en dergelijke dingen herhaalde hij telkens weer en eens gelanceerd, fulmineerde hij maar door. Hij vond er minder en minder luisteraars voor. Hij zag er het bewijs in dat je gelijk kan hebben zonder het te krijgen. Zo stookte hij zichzelf meer en meer op tot een bestaan, kleiner dan dat van de mensen die hij bekritiseerde. 


Op een dag, toen hij zijn ouders bezocht, zag hij op haar op de Groenplaats. Hij stond als aan de grond genageld, zij glimlachte en keek met grote ogen, maar de glans was eraf. Ze gingen bijpraten in een cafetaria. Ze was getrouwd, maar haar man had haar al binnen het jaar bedrogen, daarom wilde ze geen kinderen, zeker niet van deze man. Ze wilde van hem af, maar kon geen beslissing nemen. En jij ?, vroeg ze met ogen die terug oplichtten, wat is er van jou geworden ? Sinds de ontmoetingen op het appartement was het u inderdaad jij geworden. Hij vertelde het in het kort, maar verzweeg zijn aangekweekte aversie tegen dommeriken en vrouwen. Misschien hadden we het toch maar moeten proberen, meende ze. Ik had veel van jou kunnen leren en ik had jou veel kunnen geven, heel veel, dat zie ik gewoon. Ze wisselden contactgegevens uit. Zat er nog wat in ? Stelde zij haar hoop op hem ? 


Als verdoofd liep hij als een automaat naar het huis van zijn ouders, zag de lichten niet en liep bijna onder een tram, die luid klingelde. ‘s Avonds kon hij de slaap niet vatten. Hij speelde de film van zijn leven opnieuw af en ook van deze dag. Zou hij haar redden ? Maar dat zou zijn eigen leven overhoop halen. Zie je mij al met een kroost kinderen ? En hij woonde nu in de buurt van zijn werk, in Charleroi. Had zijn vader misschien toch gelijk gehad met zijn onverbiddelijke vaststelling ? Maar van de andere kant bekeken, hij was toch maar alleen en ze had gezegd dat ze hem veel kon geven, heel veel. Dat echode na en liet hem niet los. Toen schoot hem, als een pijnscheut in zijn hart, een vraag te binnen : 


ben ik misschien het grootste kieken ?


Herman van Schoten, Schoten, België, 03/02/2021.

Alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten