Translate

343. KAARSJES UITBLAZEN!

 

Een correspondente laat weten 49 kaarsjes te hebben uitgeblazen! Iedereen verstaat deze beeldspraak. 


Wij blazen geen kaarsjes meer uit. Niet dat we er elektrische voor in de plaats hebben, zoals in meer en meer kerken. Vroeger kon je daar een kaars nemen, ze op een houder steken en er de vlam aan houden. Die elektrische kaars, daar is geen plezier meer aan en bovendien, meer en meer moet je eerst betalen vooraleer er een te bemachtigen. Dat druist in tegen mijn beginselen. Immers, in mijn jeugd op het internaat bad ik Jezus van het kruis, alleen maar voor de beloofde aflaten. En die wil ik verzilveren! 


Drie jaar aflaten bijvoorbeeld voor drie weesgegroetjes. Zo moet ik er een paar duizend verzameld hebben, al ben ik de tel kwijt. Welnu, ik beschouw ze zoals bonuspunten in de Carrefour, die je kan inwisselen voor kortingsbonnen. Hoe zit dat nu in de Kerk? Voor de zekerheid het bisdom gebeld hoe ik die aflaten te gelde kan maken. De verbaasde dame aan de lijn was duidelijk van slag. Eerst stotterde ze hoeveel het er wel waren, maar toen kwam ze bij zinnen en stelde boutweg een dergelijke vraag nog nooit te hebben gekregen. Ik drong nog aan om de kwestie voor te leggen aan Zijne Eminentie, maar toen reageerde ze bits: u moet de Kerk niet belachelijk maken meneer, en ze haakte in. Gaat het een keer niet over pedofilie, is het nog niet goed…


Dan maar mijn vriend heer Google ingeschakeld. Je krijgt een ingewikkelde uitleg over ontstaan en evolutie door de eeuwen heen. Maar wat je vandaag de dag met die aflaten kan aanvangen, blijft gissen. Zonde toch dat ik er in mijn jeugd geen geschreven tegoedbonnen voor gevraagd heb. 


Onze politiek rond kaarsen hebben we intussen aangepast. We hebben er nog een paar grote, die je buiten op een tafel of op het terras kan zetten en waarrond je dan zitten kan, starend naar de vlam. Een goede sigaar en een grote pint vergroten het genoegen, maar helaas, dat gebruik werd door de dokters afgekeurd. En daar zitten staren met een kop koffie is toch niet hetzelfde. De kleine kaarsen voor feestelijke gelegenheden hebben we afgeschaft. Met het klimmen der jaren zouden het er te veel worden en ook te duur. Want bij elke volgende gelegenheid kan je toch geen gebruikte exemplaren aanbieden, het moeten er telkens nieuwe zijn. 


Kaarsen hebben iets romantisch. Zet een kaars voor je raam vannacht, weet je wel. En inderdaad, het geeft sfeer en bevordert een ontspannen gevoel. Ze zijn natuurlijk al lang vervangen door schemerlampen en dat is een goed alternatief, uit veiligheidsoverwegingen. In films over vroeger zie je nog brandende kaarsen in kastelen bijvoorbeeld, je vraagt je af of de boel niet in de fik vliegt. In restaurants willen er ook wel eens op tafel staan. Ik zet ze gelijk ver weg want ik heb me er eens een keer bijna aan verbrand. Tegenwoordig weiger ik zelfs, als de ober een kaars op ons tafeltje wil aansteken. We waren ooit in een restaurant in het Portugese Macedo de Cavaleiros, toen een windvlaag het raam openduwde en het gordijn in een brandende kaars op een tafeltje joeg. Op dat moment waren we de enige klanten en ik haastte me naar de keuken, waardoor het onheil snel kon worden afgewend. Herinner u het drama in het Antwerpse Switel-hotel op 31/12/1994, toen twee kerstbomen in de buurt van brandende kaarsen in de fik schoten. Het werd een tragedie met 15 doden en 164 zwaar verbrande gasten. 


Kaarsen hebben ook iets bezwerends. Dat zou je alvast vermoeden bij een bezoek aan een bedevaartsoord. In Fatima kan je je keuze maken uit een resem kaarsen, van klein naar extreem groot. Je ziet mensen kijken en twijfelen en overleggen en ja, ze nemen graag een grote! Ze lopen ermee naar de plaats waar je ze kan ontsteken, maar dat gaat toevallig helemaal anders. Een man neemt je kaars in ontvangst en dumpt ze in een groot vuur, klaar. Of er penitentie wordt verdiend of, wie weet, aflaten, dat weet ik niet. Ik observeerde een aantal mensen, die hun lang overwogen keuze meteen in het vuur zagen verdwijnen, ze gaven geen kik. In Lourdes liep ik ooit mee in de avondprocessie om mijn ouders, voor wie ik chauffeur speelde, een plezier te doen. Maar dat was verdorie geen onschuldig vertoon. Enkele mensen achter ons hadden een brandende kaars in de hand, in zo’n kartonnen houdertje, en geregeld stokte de processie, zodat zij dicht tegen onze rug aankwamen. Dat er niets gebeurde moet haast een wonder zijn geweest en dat geschiedt daar dus dagelijks! 


Door de eeuwen heen werden aan het ontsteken van kaarsen betekenissen toegekend. Zo brandt de kaars op, maar op het stompje kan je een nieuwe aansteken, net zoals het leven, dat ook altijd weer wordt doorgegeven. Misschien is dit een vergezochte betekenis. Een andere betekenis is ook vandaag nog in zwang. Als we terugdenken aan een dierbare overledene, willen we nog wel eens een kaars aansteken. Ook als een huisgenoot een examen moet afleggen, of gaat solliciteren of wanneer hij moet worden geopereerd. Er gaat iets uit van hoop. 


Nu nog een taalkwestie. Zoveel kaarsjes uitblazen? Hoe zouden ze dat in andere talen zeggen? Ik doe een poging op internet en vind letterlijke vertalingen, maar dan weet je niet of er ook een overdrachtelijke betekenis achter schuilt. Het is lastig het taaleigene van een vreemde taal te vatten. Letterlijke vertalingen geven aanleiding tot misvatting of zelfs hilariteit. Een Franstalige vriendin nam een keer een vriendelijk ogende lifter mee. Om de stilte te verbreken en zijn dankbaarheid te tonen sprak hij deze woorden: Madame, vous chauffez bien! Je moet daarmee oppassen…


De feestelijkheid van de kaars is na de brand in Antwerpen weg. Je snapt niet dat wielrenner Wout van Aert en vrouwlief Sarah belegd hebben in een kaarsenfabriek. Is hen een licht opgegaan?  


Herman van Schoten, Schoten, België, 13/11/2023.

Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten