Translate

279. DE BARBAREN.

 

De barbaren komen eraan! Of beter: ze zijn er en ze hebben alle lagen van de maatschappij bezet. Ze zijn niet stiekem gekomen, verstopt in een Trojaans paard, ze kwamen van overzee en ondervonden geen weerstand, integendeel, ze werden warm onthaald. De barbaren hebben gewonnen, een fenomeen dat de oude Romeinen als een der eersten ondergingen. Als barbarij niet wordt onderkend, dan ontwikkelt zich een dodelijke kanker voor de traditionele maatschappij. De Romeinen ondergingen hun lot, West-Europa zal volgen, nochtans de bakermat van de westerse beschaving. In de West-Europese contreien heerst hierover slechts bezorgdheid bij geïsoleerde intellectuelen, zich verschansend in hun burcht van beschaving, cultuur en schoonheid. Er is geen georganiseerd verzet, er is geen belangstelling voor, iedereen doet mee, er is geen ontkomen aan. Wie zijn zij?


Het zijn niet de sukkelaars in gammele boten die de overtocht wagen. Het is fundamenteler en omvattender. Het gaat om de acolieten van de commercie. Commercie voor alles en in alle sectoren en wereldwijd. Ideeën, waarden en tradities sneuvelen, als het ware zonder strijd, ze smelten weg als sneeuw voor de zon. Hier en daar wordt nog een poging gedaan om een oude traditie in stand te houden, maar nieuwe en dwingende rituelen hebben de overhand gehaald : Halloween, Black Friday… Consumptietempels zijn de nieuwe kerken, Amerikaanse onbeschaafde eetgewoontes zijn bij de jeugd toonaangevend geworden evenals een jargon doorspekt met Amerikaanse woorden, tv-stations zijn op Amerikaanse leest geschoeid, het onnozele begroetingsritueel door elkaar tegen de vlakke kant van de hand te slaan verdringt het beleefde groeten. Maar ook toenemende ongelijkheid en criminaliteit, afkoop van gerechtelijke vervolging, dominantie van engelstalige muziek, dwingende digitale praktijken, beeld ipv woord, engelse terminologie in media en omgangstaal, buitenwettelijke conflictregelingen met multinationals, je kan het rijtje makkelijk zelf aanvullen.  


De essentie : kwantiteit heeft het gehaald op kwaliteit. 


Alessandro Baricco schreef er een boek over (1). Hij illustreert zijn analyse met een al langer bekend voorbeeld uit de wereld van de wijn. Traditioneel deelden Franse en Italiaanse wijnbedrijven en recensenten de lakens uit. Ze schermden hun productie af met dure etiketten en snobistische lofzangen. Ik verzin er enkele: 


-aroma's van peer, dan een schaduw van citrus en tropisch fruit, gaande van passievrucht tot pomelo;

-overvloedige aroma's van rijpe appel, met een complement van boter, kruiden en rook, onderbouwd met uitgesproken mineralen;

-een diepe afdronk met impressies van appel, marsepein en acacia-bloemen. 


Toen kwamen de Amerikanen. De heer Mondavi begon in Californië wijn te maken voor zijn Amerikaans publiek, dat er geen ervaring in had. Het moest makkelijk drinkbare wijn worden, zodat de Amerikaan er stilaan in opgevoed kon worden. Hij mikte tevens op grote omzet. Dat lukte wonderwel. Later werd op dat soort wijn het etiket Hollywoodwijn gekleefd, niet letterlijk op de fles natuurlijk. Oenoloog Robert Parker schoot te hulp met een uitgekiende marketingcampagne. De florale neus, de indruk van exotisch fruit, de fasering in de afdronk, het ging de consument allemaal te hoog. Daarom bedacht hij een simpele quotatie op een schaal van 1 tot 10. Het sloeg aan! Parker werd een begrip en werd zelfs omarmd door het wijntijdschrift Decanter. De Fransen keken op de neus, maar herpakten zich. Naast hun kwaliteitswijn gingen ze nu ook Hollywoodwijn maken. Beaujolais Primeur werd zelfs een mega-stunt. Dat onrijp wijntje was altijd al op de markt gebracht maar nu in ongeziene hoeveelheden, de productie ging op de duur grotendeels naar dit commercieel goedje. 


Parker kreeg navolging in andere sectoren. Toeristen worden tegenwoordig uitgenodigd hun hotel en restaurant te beoordelen op een schaal van 1 tot 10. En zelfs in het ziekenhuis wordt de patiënt gevraagd naar zijn pijnbeleving, van nul tot 10! 


In de luchtvaart waren de snobistische nationale maatschappijen een doorn in het oog van vele reizigers. Ryan Air doorbrak de hegemonie. En deed dat op zulk een voortvarende en succesvolle wijze dat zowat alle grote en traditionele maatschappijen zijn gevolgd in de populaire aanpak. Voor een beetje comfort moet je tegenwoordig business reizen, helaas peperduur.


Zelfs in de boeken- en uitgeverswereld zie je het. In weekbladen verschijnen grote advertenties om nieuwe boeken te promoten, ongeacht hun werkelijke literaire waarde. De Bezige Bij bestond het zelfs om de voorkaft van het boek van Baricco op te smukken met een aanbeveling van de NRC-Handelsblad: een van de beste boeken van het jaar. Is ook deze krant geïnfiltreerd door barbaren? Tussen haakjes, hoe actueel de analyse van Baricco ook is, zijn schrijfstijl is pedant. Hij kondigt voortdurend aan wat hij gaat doen, denkt graag luidop en hoort zichzelf graag bezig. Hij is een literaire narcist. 


Laat het duidelijk zijn, er is veel barbarij in de betekenis van onbeschaafd, commercieel, populistisch. En daaraan stoort de gecultiveerde mens zich. Maar niet alles is barbarij. Kwaliteit stond al te vaak voor snobisme en protectionisme, met name in de wijn en de luchtvaart. Helaas, in de plaats is voornamelijk bulk gekomen, die werkelijk alles plat walst. En als je er kritiek op hebt, word je weggezet met o, dat is maar één mening! Want het relativisme heeft ook het denken aangetast, het is commercieel handiger om iedereen zijn mening te gunnen, of het nu klinkklare onzin is of een doorwrocht verhaal. De corona-ontkenners en vaccin-weigeraars zijn er een actueel voorbeeld van. 


Het ergst slaat de massificatie toe in het denken. Het onderwijs is er een schrijnend voorbeeld van. Een gepensioneerde onderwijzeres werd terug naar de klas gehaald wegens uitval van leraren door corona. Ze moest bijbenen, want ze had nog nooit een elektronisch schoolbord gezien. Maar ze stelde tevens iets anders vast: de reeds opgeslagen kennis was steil achteruit gegaan tegen tien jaar eerder. Het is de kindvriendelijke didactiek natuurlijk. Ook in het hoger onderwijs moesten we zo nodig veranderen. Bachelor en master, wat brengt dat op tegenover kandidatuur en licentie? Het onderwijs kende weliswaar veel ballast en uit het hoofd leren. Het drillen van het geheugen is niet hetzelfde als leren analyseren en leren denken. Het onderwijs was dus niet zo goed als wordt beweerd. Maar tegenwoordig ontmoet je universitair geschoolden zonder algemene ontwikkeling of zonder geoefende analytische vaardigheid. Ze draven ook op in praatprogramma’s en blijken bedreven te zijn in napraten. Zelfs de universiteit is massa-opleiding geworden en de academische vrijheid wordt beknot door de dwang van bureaucratisering, omzet en ideologie. 


Algemeen is het woord weg gedrumd door het beeld. Snelheid, het moment en oppervlakkigheid zijn de kenmerken van het goedkope amusement, gesymboliseerd door de tv. Diepgang anderzijds, concentratie en bedachtzaamheid worden gesymboliseerd door het boek. Maar zelfs de tv heeft plaats moeten maken voor een jeugdige beeldcultuur. Influencers scoren met kunstmatige video’s en bereiken met hun spektakel duizenden volgers. Een zekere jeugd heeft nog maar één hand, want de andere staat constant aan de smartphone. Beeld spreekt aan, we zijn de laatste tientallen jaren visueel ingesteld geraakt, dat ontkennen zou idioot zijn. Maar soms, in een kritische bui, overvalt je de verzoeking te veronderstellen dat al die beeldfanaten hersenloze figuren zijn. Kunnen ze lezen en schrijven? 


Het fenomeen heeft dictatoriale neigingen aangenomen en men eist zelfs het gladstrijken van hoge en lage cultuur, want dit onderscheid zou discrimineren! Gelukkig maar dat het discrimineert! Het woord is hoge cultuur, het snelle en vluchtige beeld lage. Een aantal klassieke en meesterlijke films zijn uiteraard ook hoge cultuur, net zoals de geschiedenis van schilder- en beeldhouwkunst. Zij zijn niet snel en vluchtig en vormen bijgevolg een welgekomen verlengstuk van het woord. Hoge en lage cultuur, het onderscheid is nooit zo helder geweest als in de flagrante tegenstelling van vandaag! 


Het zou nochtans te schematisch zijn beeld en woord onverzoenlijk tegenover elkaar te zetten. Paul Valéry (2): we worden bestookt met opdringerige lectuur die onmiddellijke aandacht vraagt. De publieke bladen bevatten zoveel diversiteit en zoveel incoherentie, zoveel heftig nieuws dat de tijd die we per etmaal aan lezen kunnen besteden er volledig door in beslag wordt genomen, en de geesten daardoor verward, opgewonden en overprikkeld raken. De man die een baan heeft, die de kost verdient en die een uur per dag aan lezen kan besteden, of hij het nu thuis doet, of in de tram of de metro, ziet dat uur verslonden worden door misdaadaffaires, onsamenhangende dwaasheden, roddels en gemengde berichten, waarvan de wirwar en de overvloed voorbestemd lijken om de geesten te verbijsteren en op grove wijze te versimpelen. Het is, in de woorden van Barrico, de heerschappij van de onbeduidendheid.


Er is hoop! In corona-tijd kreeg het boek een boost. Als mensen gedwongen stil zitten, lijken ze te gaan nadenken, zich te bezinnen. Horecamedewerkers haakten af en zochten een baan met zingeving, ze willen wat anders dan het rondbrengen van pizza’s of een nachtcafé openhouden. De quarantaine was voor hen wat in mijn jeugd een verplichte retraite was, wat nu nog altijd wordt aangeboden door abdijen, zij het op vrijwillige basis. Leve de quarantaine? Nee, natuurlijk niet, dat zou cynisch zijn. Maar er is wel degelijk een latente behoefte aan zingeving, weg van de flitsende drukte van elke dag, die door de media ‘s avonds op de buis nog eens wordt herhaald. Tempo, drukte en afleiding houden je weg van de essentie. 


Persoonlijke doordenker: ben ik nog een mens voor deze dwaze eeuw? 


Noten:


(1): Baricco, A., De barbaren, Bezige Bij, 2020.

(2): Valéry, P., de crisis van de geest, Vleugels, 2020.


Herman van Schoten, Schoten, België, 06/02/2022.

Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com


Geen opmerkingen:

Een reactie posten