Kijk naar
mij, ontwaakte de wakkere dag,
en ik zal
een onvoorzienbaar avontuur voor je verzinnen.
Kijk naar
mij, floot de vrolijke vogel,
en ik zal
een alleraardigste aria voor je kwelen.
Kijk naar
mij, woei de wolk in de wind,
en ik zal
een grillige archipel voor je weven.
Kijk naar
mij, murmelde de zachte zee,
en ik zal
een badje voor je pootje golven.
Kijk naar
mij, ruiste het rustige riet,
en ik zal
boven je hoofd een dak voor je dekken.
Kijk naar
mij, bloosde de blije bloem,
en ik zal
een geurig bouquet voor je kleuren.
Kijk naar
mij, sliep de nare nacht,
en ik zal
een donkere droom voor je onthullen.
Kijk niet
naar mij, zei zij,
anders word
jij mijn hij.
Luc Mermuys.
Een vrij onbekende dichter, die, naar
ik achterhaalde, hier en daar optreedt en zelfs een paar prijzen in de wacht
sleepte. Tevergeefs zocht ik naar een officiële uitgave. Wie is hij ? Wel,
ik ben vereerd want hij is een abonnee van dit blogboek ! Maar veel kom je
niet te weten. De man zoekt de publiciteit niet. Hij is bescheiden, zoals het
een dichter past.
Dit gedicht is een vluchtheuvel in het
jachtig bestaan. Onze tijd raast voort en lijkt de behoefte aan rust en
beschouwing te hebben verbannen. De woorden voor deze tijd zijn prestatie en afleiding. Nochtans, ook voor de
niet-beschouwende, doenende mens kan een rustpunt welkom zijn. Poëzie
biedt dat aan.
Dit gedicht is toegankelijk en dat is
een compliment. Mijn kast is te zeer gevuld met hermetische gedichten,
melancholische spinsels, hoogstpersoonlijke belijdenissen, academische
hoogstandjes, die je een keer vastpakt en weer terugzet. Er zijn erkend grote
dichters bij, zoals Nolens, die respect verdient, maar voor wie je eerst zelf
rust en ruimte nodig hebt.
Dit gedicht biedt dat aan, die rust en
ruimte. Het is weldadig.
Toch is het geen oppervlakkig
niemendalletje. Toegankelijkheid is geen synoniem van snelle consumptie en snel
voorbij. We hebben dichters van dit kaliber nodig. Om het gejakker en gejaag te
breken, op een uitnodigende manier en met enig niveau. Onwillekeurig denk ik
aan Neeltje Maria Min ! Ze werd beroemd met 1 gedicht : voor wie ik liefheb wil ik heten. Een
ander soort poëzie, tuurlijk, maar een gemeenschappelijk kenmerk :
poëtische fond èn
toegankelijkheid !
Dit gedicht schrijf je niet als je
pakweg 25 bent. De dichter is met zekerheid een ontwikkeld en belegen persoon,
met dozijnen dichtbundels in zijn boekenkast, dat moet haast wel. Hij heeft
bestudeerd hoe je dat doet. Je proeft er een verre echo van Paul Van Ostayen
in, al kan dat ook aan mij liggen. Het gedicht is rationeel van opbouw. Een
populaire opvatting van poëzie is dat het direct op het sentiment moet
inwerken. Iemand zei me ooit : Fernando
Pessoa, dat is toch filosofie in versvorm ! De spreker snapte er niks
van. De rationele opbouw verhindert het gevoel niet, het wordt erdoor
opgebouwd ! Dit gedicht is noch sentimenteel noch uit op goedkoop effect. Bovendien
is het een ode aan de Vrouw.
Is dit een groot gedicht ? Deze
vraag is een valkuil van jewelste. Groot wordt als synoniem aanzien voor
bekend, opgenomen in een canon, geconsacreerd door de literaire kritiek,
goedgekeurd door Gerrit Komrij. Deze auteur neemt afstand van zichzelf, laat
het thema op zich inwerken en weet hoe je er vaktechnisch aan begint. Objectief
zit het snor. Als het u nu ook nog raakt, ja, dan is het groot !
Dit gedicht verwacht je niet in de boekskes. Maar op tv als vervanger van
al die zoutloze banners, of na het
weerbericht, of op straat op de zijgevel van een smal en hoog gebouw bij het
binnenrijden van een stad, ja !
Herman van Schoten, Schoten, België, 15/08/2017.
alle rechten voorbehouden :
-voor het gedicht : l.mermuys@quicknet.nl
;
-voor de commentaar : vanschotenherman@gmail.com .
Geen opmerkingen:
Een reactie posten