Translate

271. EEN EMMER WATER.

 

Ik nam de tram. Voor de eerste keer in lange tijd durfde ik het aan. Mondkapje op, handschoenen aan en ontsmettingsflesje in de aanslag, want je weet maar nooit met dat vermaledijde virus. Ik vond een plaats naast een gezette dame, die ik zo in de zestig schatte. We raakten aan de praat, zoals mij wel meer overkomt. Aan een van de haltes onderbrak ze me : daar hebt ge ze weer ! Ik zag gekleurde mensen de tram bestijgen en er werden ook wat voituren naar binnen geperst. Die gekleurde baby’s zien er best schattig uit, je zou ze willen aanraken maar dat mag natuurlijk niet. Hoe bedoelt u ?, vroeg ik alsof ik het niet al perfect begrepen had. Ze legde uit dat het er veel te veel zijn en dat het niet kan dat wij ons moeten aanpassen aan hen. Ter illustratie nam ze haar eigen woonsituatie. Ze woonde in een sociaal appartement, als vrouw alleen. Gelukkig was er een lift, maar daar was ook alles mee gezegd. De wooncultuur liet te wensen over. De muren waren van papier en er was overlast van luidruchtige buren. Het lijkt wel of die vreemden niet normaal kunnen spreken, het moet altijd luid kwaken zijn. Als ze aan de voorkant staan te telefoneren, hoor je het tot achter en omgekeerd en ze kunnen hun gang gaan want je verstaat er toch niets van. Ze had vanop haar piepklein terras de meest luidruchtige buurvrouw al een aantal keer erop aangesproken : sstt, de mensen slapen nog ! Het had geen resultaat, maar de irritatie groeide, wederzijds blijkbaar. Toen ze nog eens een keer aanmaande om toch wat stiller te zijn, kreeg ze van de Marokkaanse bewoonster de volle lading in krakkemikkig Antwerps : Gij, gij zijt een hoer, ‘t zijn allemaal hoeren hier en gij zijt de grootste hoer ! Dat liet mijn gesprekspartner niet over haar kant gaan, ze zon op wraak. En plande een strafexpeditie. Ze wachtte geduldig af tot dat kreng de was buiten hing op haar terrasje. Toen ze naar binnen verdween, vulde mijn tramgenote een emmer water en kieperde die over de was uit, waarna ze pijlsnel verdween. Volgens de buren was de politie binnen de tien minuten ter plaatse gekomen. Ze konden de dader niet vinden. Och, had mijn reisgenote later verteld aan de buren, was ’t geen vrijdag ? Dan kuisen de mensen, d’er is zeker een emmer omgevallen ! 


De verhoudingen werden er niet beter op. Maar die vrouw terroriseerde ook haar eigen gezin. Als haar man op het terrasje een sigaret ging roken, sloot ze hem geregeld buiten. De kinderen riepen en krijsten dan om papa binnen te laten. Nog meer overlast. Een sociale woning, ook al betrek je die van de maatschappij De Ideale Woning, is verre van ideaal, zo luidde haar bittere commentaar. 


Ik had de hele dag stof tot nadenken en vergat haast in de stad waarvoor ik gekomen was. O ja, brood, dat was het, van Le Pain Quotidien en foto’s binnenbrengen bij de fotograaf en misschien bij Kockx in de Korte Gasthuisstraat nog een fijne schrijfstok in de wacht slepen. Mensen met wie ik aan de praat kom, zetten me vaak aan het denken, wat moest je hier nu weer van denken ? 


Zeker is dat overlast niet cultuurgebonden is. Je hebt Vlamingen die alleen maar kunnen roepen, ze bazuinen hun invallen rond voor heel de straat. Een vrouw verder in de straat roept de hele dag op haar kleinkind : Tommeke, Tom-me-ke ! Een koppel in de buurt lijkt constant ruzie te maken, maar nee, roepen is hun manier van communiceren en een megafoon hebben ze niet nodig. Ook oudere mensen hebben vaak die neiging, gewoon omdat ze zelf niet goed meer horen. Bij jonge mensen is het zo goed als altijd een kwestie van gemis aan opvoeding en dus gedragsregels. En de media stimuleren het nog. Op jeugdconcerten in open lucht staan de luidsprekers zo hard, dat je er beschadigingen door kan oplopen. Een Vlaamse zanger bekende dat ook op tv, zijn gehoor was aangetast, kan je daar medeleven voor opbrengen ? Zonder lawaai gaat het niet, dan wordt het akelig stil, bangelijk gewoon ! In metro, winkelstraat en restaurant moet muziek te horen zijn, het kan blijkbaar niet anders. Als het dan nog Vivaldi was, maar het is door de band lawaai. Een restaurant zonder muziek, iemand een tip ?!


Ook zeker is dat het klimaat een rol speelt. Zweden en Noren converseren rustiger dan Spanjaarden, dat is een feit. Spanjaarden zijn behoorlijk luidruchtig, ze kunnen, zo lijkt het, niet gewoon een rustig gesprek voeren. Ze spreken tot hun kinderen in commando’s, ik moet altijd aan Franco denken. Ook aan de overkant van de zee, Afrika dus, lijkt de Spaanse animatie volop te worden beoefend. Het goede weer nodigt uit om buiten te leven, een extra versterkend argument. Samenzijn is lawaai en lawaai is samenzijn. 


Maar toch. Wie met de auto van Spanje naar Portugal reist, doet een merkwaardige vaststelling. Plots worden in het wegrestaurant de servetten en de papiertjes rond de suiker niet meer op de vloer gegooid en is de conversatie ingetogener. Het lawaai van de reutelende koffiemachine springt er nu bovenuit. Je bent in Portugal ! De klok verschilt een uur en het klimaat verschilt een beetje, maar toch niet zodanig, dat het de mate van luidruchtigheid kan verklaren. Portugezen hadden en hebben het niet zo begrepen op hun iberische buren. Er zijn spreekwoorden over, zoals : van Spanje komen alleen slechte winden en slechte huwelijken. De Portugees is een bedeesde Vlaming, beiden met een groots verleden, dat vergaan is. Nederlanders spreken luider dan Vlamingen, ofschoon er nauwelijks een verschil is in klimatologische omstandigheden, we zijn meestal even nat. Nederlanders manifesteren zich ook meer dan Vlamingen. Zou culturele eigenheid dan toch een rol spelen ? 


Zet nu een Afrikaan in een Vlaamse omgeving en hij zal zich ongelukkig voelen. Zet er tien in een woonblok en ze maken er een Afrikaanse markt van. Dat botst dus en het gepreek van zedenmeesters dat we dat moeten begrijpen en dat iedereen gelijk is, valt natuurlijk op een koude steen. We zijn net heel erg verschillend, om te beginnen qua geproduceerd geluidsniveau. 


Ga ik er op mijn beurt een zedenles van maken ? Vandaag niet ! De oplossing voor wie wat centen heeft is wegwezen. Naar een betere buurt, een stillere provincie, naar de Ardennen of zelfs naar het buitenland. 


En daar samentroepen met andere Europeanen in een condominium. Kan je zelf een vreemde worden...


Herman van Schoten, Schoten, België, 28/10/2021.

Alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten