Translate

283. ADELLIJKE TELGEN.

 

Op een doordeweekse ochtend, waarop de dagelijkse sleur van koken en afwassen me op de gal sloeg, polste ik mijn echtgenote of ze kon instemmen met een culinaire baaldag. 


Maar wat dan wel, want we moeten toch eten, is het de bedoeling dat ik mij optut?, kwam ze me tegemoet. Ik liet er geen gras over groeien en troonde haar mee naar een lokale Italiaan. De uitbater ontving ons met Italiaans enthousiasme. Hij begeleidde ons naar een geschikt tafeltje in de hoek en sprak: hier heeft de prins nog gezeten, u weet wel! Met zijn gezin. Ik weet nog perfect wat ze bestelden! Nu wist ik dat ze hier geweest waren, wis en waarachtig. Maar ik verstoutte mij niet te vragen de tafel nog eens extra te ontsmetten, dat dorst ik niet.


En zo kwam het gesprek vanzelf op telgen van koninklijke bloede en hun aanverwanten, de hoge en lage adel, waarvan hier in Schoten meerdere kasteeldomeinen getuigen. Neem nu graaf d’Udekem d’Acoz, een getuige uit de eerste hand. Hij was overtuigd katholiek en ofschoon hij evenmin anders was, bleef hij bijna levenslang jonkman. Tot hij op late leeftijd in het huwelijksbootje trad met een jonge freule, om een verpleegster aan zijn sponde te hebben, naar werd gefluisterd. Hij was een geziene figuur, joviaal en vriendelijk, maar kwam onaardig in het nieuws, door familieperikelen rond vastgoed, wat negatief afstraalde op zijn nicht, koningin Mathilde. 


Minder bekend is dat de graaf betrekkingen onderhield met een Nederlandse markies, de heer de Canteclaer van Barneveldt. Ook deze afstammeling van een roemrijk geslacht ondervond strubbelingen in zijn betrekkingen met het Hof, het Nederlandse Hof in dit geval. De markies lijdt aan onbeheerst taalgebruik en aan een onblusbare drang zich publiek te uiten. Een heer van stand maar volks op de hand, zo zou je het kunnen stellen. Weetjes over de perikelen van de Nederlandse markies danken we aan de oplettende journalist Marten Toonder, waarbij een figuur als Mario Danneels bleek afsteekt met zijn ongemanierde onthulling over Paola en Albert, wat het startschot werd van een heuse zeepserie voor gerecht en in de media. Quelle horreur, prevelde de minnares van de Belgische koning Albert, want Nederlands kent ze niet. 


De markies en de graaf ontmoetten elkaar in de Kleine Club, waarvan zelfs het adres geheim is. Op een dag bracht de graaf een verstoten Belgische prins mee. De markies wond er geen doekjes om: parbleu, zo sprak hij, gij gaat toch niet om met het grauw, mag ik hopen? Het rapalje kent geen grenzen. Geef ze een vinger en ze pakken de hele hand! Botteriken! Al zijn er ook weke figuren bij. 


Non non, haastte de prins zich te verdedigen tegen deze lompe opening. Mijn toenadering tot de lagere standen betreft slechts mijn belangstelling voor dierenwelzijn, ik had altijd vétérinaire willen worden! Hier kon de praatgrage markies genoegen mee nemen, want je moet tegenwoordig toch iets gunnen aan de jeugd, verstoken als zij is van degelijk onderricht en voortdurend belaagd door de media, die er zelfs niet voor schuwen vanuit het struweel een camera op onoplettende koningskinderen te richten, als gevolg waarvan soms foto’s van onbedekte adellijke boezems in de roddelpers verschijnen. 


De openheid van geest van de markies sprak de prins aan, zijn remmen vielen weg. Het eerste kind van de koning is een vrouwtje, zo kloeg hij, en desondanks gaat de troon aan mij voorbij! Het is affreus, condoleerde de markies hem, als ik nog terugdenk aan de periode waarin een waarzegster de eerste adviseur was op Soestdijk! Ten teken van begrip en meevoelen legde hij zijn hand op de prinselijke arm en sprak troostende woorden: zoudt gij niet beter uw dierenasielen onderbrengen in het Wereldfonds? Dan kunt ge vrij reizen, zodat ge ook eens weg zijt van thuis?! Daar had de prins nog niet aan gedacht. Het zou wel gekleed staan en een goede indruk maken in Laken. Hij zou er zeker eens over denken. 


Hoe zit het anders met het protocol in Nederland?, schakelde de prins over naar een meer neutraal onderwerp. De markies hief de hand: het protocol zit bij ons niet, maar staat! Al zou het wel zover kunnen komen want men ontvangt reeds linkse politici. 


Is de kroonprinses geschikt?, waagde de prins een volgende vraag om zijn gastheer tegemoet te komen. Geen twijfel mogelijk!, verklaarde deze enthousiast. Een goed stel hersens en een vol Hollands figuur, daar boffen we mee, anders dan haar vader want die moet door Máxima op de been worden gehouden. Hij pauzeerde even, als om een invallende gedachte vorm te laten krijgen. Maar ja, als het dan toch een beschaafd burgermeisje had moeten wezen, tja, gedane zaken nemen geen keer, maar ze was best aardig, Emily. Zo jammer toch dat haar huwelijk met een burgerman op echtscheiding uitdraaide, haar grote liefde, dat was toch Willem-Alexander… 


De markies sprong nu over van Soestdijk naar Buckingham Palace. Met Amalia zitten wij gebeiteld, maar daar in Engeland gaan ze door een hel. Die Andrew, hoe is het mogelijk?! De koningin heeft toch alle tegenslag van de wereld. Haar trouwe echtgenoot overlijdt, haar zoon papt tijdens zijn huwelijk aan met een gescheiden helleveeg, die ze nu op het Paleis moet dulden en de jongste zoon is een ongeleid projectiel. Hij liet de stilte zijn werk doen, als moest het even bezinken. Hij liep alle mondaine feestjes af, de party-prins, en kende geen grenzen, ik zag het aankomen! Wat wil je, een kleine denkerwt, niets omhanden en de combinatie daarvan, dan blaast zo’n leeg hoofd al snel op tot een ballon, die gaat zweven, het moest ervan komen. Men ziet dat meer, vooral bij het plebs. Nu had de prins een grappige inval: hij ging geregeld uit de kleren en nu staat hij in zijn blootje! De markies reikte hem de hand : zo is het maar net, wij zitten op dezelfde golflengte, amice! Het is een minkukel! De graaf, die welwillend had geluisterd, wilde ook een steentje bijdragen: en dan heeft de koningin ook nog die del van een Amerikaanse schoondochter, die zich letterlijk naar boven heeft gehuwd en er niet voor terugdeinsde een Amerikaanse tennisster zonder manieren op Buckingham Palace uit te nodigen! Naar het schijnt kunnen die Amerikanen niet eens deftig met mes en vork eten! 


De prins hield zich even stil, want hij moest af en toe met Claire en de kinderen naar een hamburgerrestaurant en wist daar alles van. Nieuwe rijken, mijmerde de markies, aristocratie van het geld. Maar er is maar één echte aristocratie, veerde hij op en sloeg met de handpalm op tafel: die van het bloed! Je maintiendrai! 


De markies realiseerde zich dat hij misschien wat ver was gegaan en zocht snel wat anders. En hoe is het tegenwoordig met Cristina?, vervolgde hij. De graaf wist het. Ze woont in Zwitserland en haar man Iñaki Urdangarin zit nog steeds in de gevangenis. In de weekeinden mag hij buiten. Werd hij toch gespot in Madrid, hand in hand met een journaliste. De prins zag zijn kans: klopt, ze heet Ainhoa Armentia! Ik las het in “¡Hola!” Cristina gaat overigens scheiden, wist hij nog, hiermee illustrerend goed te zijn ingewerkt in de vakliteratuur. 


Het gesprek kabbelde voort en men kwam in Monaco terecht. Iemand nog iets gehoord van Charlène? Sapristi, daar doet ge mij aan iets denken!, reageerde de markies. Er gaan geruchten dat die gezondheidsperikelen deels een fabel zijn. Dat hoorde ik van een vicomte die aanwezig was bij een déjeuner in de Société Anonyme des Bains de Mer et du Cercle des Étrangers. Hij keek taxerend om zich heen, boog zich naar voor en fluisterde op samenzweerderige toon: er schijnt een derde partij in het spel te zijn. Maar Charlène zou een scène hebben gemaakt: et alors, zou ze de prins hebben toegesnauwd, als gij het niet toestaat, vertrek ik direct weer naar Zuid-Afrika, de valiezen zijn nog niet uitgepakt, zodus. Als Paris-Match het maar niet te weten komt…De prins had nog een weetje, dat zijn toehoorders met open mond aanhoorden: Charlène mist haar kinderen! Daarom zal ze nu spoedig van haar chalet in Zwitserland terugkeren naar Monaco. Ze heeft daar een pied-à-terre, op zo’n 300 m. van het Paleis, geen probleem om te voet de navette te doen. De graaf: iedereen content, alles beter dan echtscheiding. 


À propos, ging de graaf op zijn lancée door, want hij wilde de conversatie terug binnen de perken van de adellijke omgangsvormen tillen. Gij zijt van de jonge generatie, prins, gij kunt het dus weten! Zijn er al tattoos opgemerkt aan het Belgische Hof? Ik heb er geen weet van, verklaarde de prins gedecideerd. Maar naar verluidt is het erg in de mode, in datingprogramma’s en in het voetbal en zo, men vertelde mij dat. Weet u, ik zal misschien eventueel navraag laten doen en de lijst van hofleveranciers laten consulteren. Als het gebeurt, moet het daar te vinden zijn! 


Dat vonden de markies en de graaf een schrandere zet, de prins herademde. De markies : zelf zou ik me er ongemakkelijk bij voelen. Stel je voor, aan tafel bediend worden door een lakei met getatoeëerde armen, ik moet er niet aan denken! De prins haakte meteen in : in dat restaurant daar ergens buiten Antwerpen, Schoten meen ik me te herinneren, daar liep er zo een rond, opgestroopte mouwen, vol getatoeëerd! Zijn jongste spruit had nog geroepen: papa kijk, Piet Piraat! De prins schrok van zijn onthulling en herpakte zich, als om zich te verantwoorden: ze kijken soms Hollandse tv, weet u, kwestie dat ze niet gedeconnecteerd komen van de communauté flamande. Het is niet bevorderlijk voor de appetijt, die tatoeages, dat kan ik u verzekeren.


Was de zabaglione naar wens ?, vroeg uitbater Luigi. Hij kwam erbij zitten met de fles Vecchia Romagna en Limoncello. En vertelde en bleef vertellen, zijn confidenties inspireerden tot dit fantasierijk artikel. De volgende keer, maar alleen als er geen volk is, vertel ik u over Paola!, maakte hij ons lekker voor een volgend restaurantbezoek. Hij kan koken, Luigi, en nog zoveel meer… 


Herman van Schoten, Schoten, België, 23/01/2022.

Alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten