Translate

131. MIJN MOEDER.


Mijn moeder ! Ze werd 103 ! Als ik dat vertel aan gelijk wie, heb ik meteen de aandacht, het is een handig begin. Bij de kruidenier of in een toevallige winkel zeg ik vervolgens wel eens : ze zei altijd, met betalen ben j’er vanaf ! Dat lokt altijd en onmiddellijk een positieve reactie  uit, mensen vinden het grappig, iets om op een familiefeestje verder te vertellen. Natuurlijk, ik registreer de personen, aan wie ik het al verteld heb. Niets zo vervelend als zo’n mop tweemaal vertellen. Dat overkomt niet alleen ouderen. Ook ouders met jonge kinderen vallen in herhaling over de kapriolen van hun kapoentjes. Herhaling is normaal, je herhaalt dingen die je bezighouden of indruk hebben gemaakt of waarvan je succes verwacht, ik laat het gebeuren. Vroeger wachtte ik nog wel eens tot het verhaal bijna voorbij was, om vervolgens de spreker met zijn eigen plot te confronteren. Dat was lelijk. Sinds ik wijs en barmhartig ben geworden, laat ik de mensen uitspreken. Ze vertellen zo graag !  

Nu had mijn moeder makkelijk praten. Ze had een degelijk pensioen en ook nog een uitkering van de zorgverzekering. Dat was de basis. Daarop bouwde zij haar strategie uit, die er op de lange duur uit bestond de hele wereld naar haar pijpen te doen dansen. Vriendelijk, uitnodigend, dwingend als het nodig was. Zo teruggetrokken als zij als jonge vrouw was, zo dominant is ze geëindigd. Wellicht daarom werd ze zo oud. Op een dag trof ik een vrekkige neringdoener die zich niet bij de logica van haar categorische uitspraak wilde neerleggen. Hij reageerde scherp : als je genoeg geld hebt natuurlijk !

Er blijft je van alles bij over je moeder, dat is ongetwijfeld bij iedereen zo. Ze was een diepgelovige vrouw, zoals dat in de Vlaamse Kempen toen was. Meneer pastoor was voor haar een figuur. Mijn oudste broer plaagde haar met die verering. Op een dag kwam de nieuwe onderpastoor zich voorstellen. Hij nam de tijd, gewoon omdat hij die had en hij legde zijn familiegeschiedenis uit. Van de zeven kinderen bleek hij de enige te zijn geweest met een roeping. Mijn broer zag zijn kans en flapte eruit : ja, in elke familie loopt er wel een verloren. De reactie van mijn moeder was navenant : naar boven gij, vlegel.

Bij een andere gelegenheid verklaarde zij tegenover meneer pastoor dat als er geen god is, dan wordt het een varkensstal. Ik zag de eerwaarde nadenken, dat was iets om te onthouden voor op de preekstoel. Ik vond die uitspraak geweldig, krijg daar maar eens een speld tussen ! Later, toen ik mijn verstand geoefend had, kreeg ik de dubbele bodem door. Zonder het te beseffen bedoelde mijn moeder dat beschaving uit vrije keuze niet mogelijk is. Dreiging met hel en verdoemenis is nodig om de mensen braaf te houden. Een weinig positief mensbeeld, waarmee niet alleen zij behept was.

Er zijn ook huiselijke taferelen bijgebleven. Ik herinner me haar in de woonkamer, naaiend of met de naaimachine of schaar aan het werk. Ze heeft ons gezin letterlijk met naald en draad rechtgehouden. Ze maakte voor mij een nieuwe windbloes, telkens als ik eruit was gegroeid. Toen kwam dat armelijk over, nu vind je ze in modieuze winkels voor veel geld. Als nakomertje bracht ik vele uren met haar door in die woonkamer, spelend met mijn houten brandweerwagen terwijl zij naaide of stikte op de naaimachine. Dagelijks vielen er spelden op de vloer, die ik dan opraapte. Maar met de grijper van mijn brandweerkraan lukte dat niet, die dingen waren te klein en te glad. Die spelden op de vloer, dat is me altijd bijgebleven. Het waren intieme taferelen van een moeder met haar jongste kind. 
Ze maakte ook trouwkleren. Ze ging naar Antwerpen om de etalages te inspecteren van de betere winkels met trouwjurken. Ik steel met mijn ogen, zei ze dan. Op een deftig huwelijksfeest inspecteerde ze in detail de feestjurken van de dames, die in de suite liepen. Soms keurde ze het goed, ze had geen aanmerkingen, dat had ik zelf willen kunnen ! Maar bij andere dames had ze kritiek, die ze zacht in het oor van mijn zus fluisterde. De jurk paste niet bij de figuur van de dame, of was niet passend gemaakt. Dan zei ze bijvoorbeeld : ik zou hem innemen in de lenden. Of : chique, maar slecht afgewerkt. Ze was gespecialiseerd in het fijnere werk. Maar jurken met een open decolleté maakte ze niet, dat was niet katholiek. Als ze vijftig jaar later was geboren, zou ze waarschijnlijk hoofdnaaister zijn geworden in een of ander atelier van een Antwerps couturier. Maar ja, je trouwde, kreeg kinderen en daar ging de carrière. Ze kreeg 5 kinderen, 8 kleinkinderen en 11 achterkleinkinderen, de productie neemt eerder af dan toe.

Toen mijn oudste broer op vrijerspad trok, lichtte hij mijn moeder vertrouwelijk in. Haar reactie : is ze katholiek, kan ze naaien en koken ? Later, toen ik aan de beurt was, stelde ik vast dat mijn lief aan geen van de drie voorwaarden voldeed. Ik dacht weet je wat, ik zeg gewoon dat het toch zo’n goed meiske is. Maar dat was te gemakkelijk, daar zou ze niet intrappen. Ik bedacht een list en schakelde mijn vader in, wetende dat hij de aanblik van een mooie, frisse jonge vrouw wel kon smaken. Mijn vader was overweldigd en mijn moeder had het nakijken.

Op reis gaan was er bijna niet bij. Naar de familie in Eeklo en Maldegem ja en van daaruit een dagje naar zee. Daar had ze een bijzondere herinnering aan. Haar moeder overleed vlak voor haar huwelijk, toen ze onder de roepen was. Het kersverse koppel verbleef een paar dagen aan zee, hun geluk was verstoord. Later gingen ze wel op reis, met De Trekvogel naar Lourdes. Daar leefde ze op. Toen wij getrouwd waren namen we mijn ouders een keer mee doorheen Frankrijk. We lieten mijn vader de plekken zien, waar hij als verplicht gevlucht Belgisch soldaat was ingekwartierd, Les Sables-d’Olonne en Congénies. En we gingen naar Lourdes. Ofschoon reeds op leeftijd, herleefde ze daar en sprong rond, van Gave naar heiligdom, als een gazelle en ’s avonds moesten we mee in de processie. Daar heb ik een slechte herinnering aan. De processiegangers drumden tegen elkaar op, elk met een brandende kaars in zo’n kartonnen houdertje. Ik werd aangestoten en kreeg een brandplek op mijn jas. Daar bleef het gelukkig bij, een wonder…

De jaren gaan voorbij, de kinderen zijn het huis uit, je man is overleden. Toen ze 88 was, riep ze de kinderen bijeen : ik ga naar het tehuis ! Iedereen opgelucht, dat ze zelf de beslissing had genomen. Door dat blanke tehuis is de multi-etnische wereld haar grotendeels bespaard gebleven. Er dook wel plots een zwarte verpleegster op. Haar commentaar : een zwarte ! En even later : daar zijn ook goei mensen bij. Haar kleinkinderen echter leven wel in een internationale en gekleurde wereld, ze bezorgden haar onder andere een Frans, Congolees en Chinees achterkleinkind. Ze leek het evident te aanvaarden. Ook de veranderde zeden registreerde ze zonder verpinken. Samenleven zonder te trouwen of homoseksualiteit. Op een gegeven moment betrad een verpleger haar kamer en toen hij terug buiten ging, lichtte mijn moeder me voor : hij is homo. Daar kan-ie ook niet aan doen.

Toen ze 100 werd kreeg ze van de koning en de koningin een foto van het koningspaar. Zelf ondertekend zogezegd. Ik kon niet nalaten haar te plagen. Ma, je weet toch dat je na de 100 geen pensioen meer krijgt ?! Ze keek me spottend aan : en gij gelooft dat ?!

Mijn moeder deed me vaak denken aan het gedicht Spijt van Willem Elsschot :

         Gij die later wordt geboren,

         Wilt naar wijze woorden hooren :

         Pakt die beide handen beet,

         Dient het wijf dat moeder heet.

En ook aan Gisela Elsner, die in haar roman De Reuzendwergen haar seniele moeder de aardappelen tot drie keer toe laat schillen. Zover is het met mijn moeder gelukkig niet gekomen. In haar kleine wereld van het tehuis bleef zij alert tot het einde, dat toch nog onverwacht kwam, door een verkoudheid.

Tot aan haar dood geloofde ze in god en de hemel. Ik vond het ongepast om haar op het laatst die illusie te ontnemen. Ten slotte zijn we allemaal behept met illusies, niet in het minst over onszelf.

Zij het niet zo Alomvattend.

Herman van Schoten, Schoten, België, 18/09/2018.

Alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten