Translate

231. VLAEMSCHE EYLANDEN (1).

 

Het hogedrukgebied van de Azoren klinkt iedereen bekend in de oren, maar waar ligt het ? Je denkt er wel eens aan bij het weerbericht, maar het is geen vraag om wakker van te liggen. Een concrete aanleiding echter voor een verkenning werd door mijn echtgenote meegebracht in haar bruidsschat : een boekje van de journalist Omer Grawet, bevattende een reisverslag naar de Azoren. Mijn belangstelling voor Portugal en de Portugese taal sloot daarbij aan. In 1991 reisden we er voor de eerste keer naartoe. Op het hoofdeiland São Miguel hadden we het geluk terecht te komen in het feest van 100 jaar Furnas en bij die gelegenheid ontmoetten we de regionale president Mota Amaral. Het werden ten slotte vier reizen met bezoek aan alle eilanden. Vier hoofdindrukken : natuur, wild, vochtig, beetje stuurse bevolking. We zagen de evolutie naar toeristisch en toeristvriendelijk. Toch blijven de eilanden een aparte bestemming, ver in de westelijke oceaan en buiten de hoofdroutes van het massatoerisme naar het zuiden. Een samenvattend artikel lag voor de hand. Met een invalshoek die de lezer moet kunnen boeien : de Vlaamse aanwezigheid. 

Het zijn er negen en ze liggen in de westelijke Atlantische oceaan. Twee eeuwen lang, tot in de 18° eeuw stonden ze op de zeekaarten te boek als Vlaemsche Eylanden. De cartografen Mercator en Ortelius vonden deze benaming vanzelfsprekend. Op de beroemde wereldbol uit 1492 in het Germanisch Nationalmuseum in Nürnberg staat het eiland Faial te boek als Neu FlandernUit al deze feiten werd afgeleid dat de Azoren werden ontdekt door Vlamingen. Dat is onjuist. Vlamingen hebben de kolonisering van de eilanden mee ter hand genomen, maar waren niet de ontdekkers. Die kolonisering is een fascinerend verhaal, waarover de Vlamingen fier mogen zijn. De belangstelling in Vlaanderen is nochtans zo goed als onbestaande. Ook literatuur over het thema is schaars. Het verhaal van Omer Grawet is oubollig en enigszins extatisch, maar bevat toch enkele behartenswaardige weetjes. Pas in 1991 gebeurde er in Vlaanderen weer iets, toen in Brugge een tentoonstelling over de Azoren werd gehouden, parallel aan het groots opgevatte Europalia Portugal 1991. Ik nodig u uit om kennis te nemen van dit groots koloniaal avontuur, dat voor een keer volkomen wars is van racisme en imperialisme. De eilanden waren immers onbewoond. 

1. SITUERING.

De Azoren bevinden zich in de noord-westelijke Atlantische Oceaan, op de 40° breedtegraad, iets hoger dan Lissabon, min of meer op de hoogte van Sicilië. Ze bestaan uit drie groepen eilanden : de oostelijke groep Santa Maria en São Miguel, de centrale groep Faial, Pico, Terceira, Graciosa en São Jorge en de westelijke groep Flores en Corvo. De afstanden tot het vasteland (Lissabon en New York) verschillen van bron tot bron ! Uiteindelijk kwam ik tot deze min of meer juiste vaststellingen :

Lissabon – Santa Maria : 1.418 km., = afstand tot het vanuit Lissabon dichtstbijzijnde eiland;

Santa Maria – Flores : 592 km., = afstand tussen de twee verst uit elkaar gelegen eilanden;

Flores – New York : 3.615 km. = afstand vanuit verst gelegen eiland (gezien vanuit Lissabon).

De eilanden variëren in omvang. Voor een bezoek kan dat relevant zijn : 

São Miguel : 745 km2; Pico : 445 km2; Terceira : 400 km2; São Jorge : 244 km2; Faial : 173 km2; Flores : 141 km2; Santa Maria : 97 km2; Graciosa : 60 km2; Corvo : 17 km2

Het inwoneraantal schommelt van 25 tot 200 per km2. Een populair gezegde : er zijn meer koeien dan mensen, een waarheid als een koe…

2. ONTDEKKING.

De ontdekking van de Azoren-archipel was – achteraf beschouwd – een logisch vervolg op eerdere ontdekkingsreizen. De Portugese eeuw van de ontdekkingen begint in 1415 met de bezetting van Ceuta in Noord-Afrika onder koning João I en onder aanvoering van diens zoon Hendrik de Zeevaarder. Gezien Hendrik de aanstichter zou worden van de ontdekkingsreizen, met name ook van de Azoren, past een korte kennismaking met deze merkwaardige figuur, voor wie in Lagos voor de stadsmuur een groot monument is opgetrokken. Hij had zich in het hoofd gestoken de islam te moeten bevechten. Nochtans waren er geen geopolitieke redenen om Ceuta aan te vallen. Er was vrede met de eeuwige aartsvijand Castilië en Portugal werd niet bedreigd. De Moren waren uit Portugal reeds verdreven in 1249. Waarom dan een expeditie optuigen voor een avontuur zover van het eigen land ? Was de islam een reëel godsdienstige beweegreden of een voorgewend motief om zich te doen gelden, bezigheidstherapie als het ware ? Als derde nog levende zoon had hij immers geen rechten op de troon. Er was hoe dan ook een commercieel aspect. Ceuta was het aantrekkelijk eindpunt van de Arabische Saharakaravanen uit Ghana en Timboektoe met slaven, ivoor, goud, zijde, graan, stoffen, leder, huiden, specerijen, vis. Deze geslaagde expeditie smaakt naar meer !

Nu zijn de Canarische eilanden - later verpatst aan de Spanjaarden - en de Madeira-archipel aan de beurt. Vervolgens richt Hendrik in 1421 in Sagres het eerste centrum op voor de studie van de zeevaart - het Cape Canaveral van zijn tijd ! Hij laat er scheepstypen ontwikkelen, navigatietechnieken verbeteren en oude kaarten bestuderen. Sagres in de Algarve ligt vlakbij de woeste kaap São Vicente, het einde van de wereld, waar je aan drie kanten omringd bent door de onmetelijke oceaan, diep en gevaarlijk beneden je. Het kan er lelijk stormen, zoals we een keer ondervonden. De auto stond te schudden op de wielen, we waren de enige bezoekers en een patrouillewagen van de politie verzocht ons weg te gaan. In het toeristisch seizoen staat er soms een Duitse mobiele eettent : letzte Bratwurst vor Amerika ! En fietsers vinden hier kilometerpaal nul. 

De Azoren zijn Hendrik niet helemaal onbekend. Genuese en Catalaanse zeelui maakten er reeds melding van in de 13° eeuw en dat weet Hendrik de Zeevaarder, hij bezit de kaarten ! In 1430 zou de Chinese admiraal Zhou Wen het kleine westelijke eiland Corvo hebben opgemerkt (zie mijn artikel 10 over de ontdekking van de wereld !). In 1427 ontdekt Diogo de Silves, uit koers geslagen op een reis naar Madeira, een eerste eiland plus een groep rotsen, maar daar blijft het bij, hij gaat niet aan land. Daar wil Hendrik de Zeevaarder meer van weten. Hij stuurt GonçaloVelho Cabral, ridder van Almourol – het bekende kasteeleilandje in de Taag ter hoogte van Tancos -  de oceaan op en in 1428 vindt deze inderdaad de zogenaamde Formigas, een groep van 8 rotseilandjes in de oceaan waar niets te halen is, verspreid over 10 km. en gelegen op 37 km. ten noorden van het Eerste Eiland en 60 km. oostwaarts van São Miguel. Wegens risico van aanvaring van zeilschepen in de mist of ’s nachts is er later een vuurtoren gezet. Het is nu een natuurreservaat. Pas bij een volgende expeditie in 1431 of 1432 vindt Velho Cabral dat Eerste Eiland terug. Het is onbewoond, dichtbebost en met veel vogels, vooral kiekendieven en buizerds. Hij doopt het zo genoemde Eerste Eiland om tot Santa Maria omdat het gezien werd op de feestdag van de Maagd Maria. In 1432 wordt er klein vee afgezet, waarschijnlijk met een aantal Moorse slaven en verbannenen of gevangenen. Velho Cabral brengt er in 1435 de eerste immigranten naartoe.

Vóór 1439 wordt het tweede eiland ontdekt, São Miguel, later zo genoemd naar de heilige, voor wie regent Don Pedro veel devotie had. Hier past een aardig verhaaltje bij ! Een zwarte slaaf op Santa Maria ontvlucht zijn meester en verschuilt zich in het hoger gelegen noorden van het eiland. Hij ziet een ander eiland en besluit het nieuws te melden aan zijn meester, in de verwachting geen straf te krijgen voor zijn euvele daad. Zijn meester licht onmiddellijk Hendrik de Zeevaarder in. Althans, onmiddellijk met een korrel zout wegens geen vliegtuigen noch telefoon of telegram ! En of de slaaf de schandpaal ontliep is niet bekend. Overigens, deze slaaf moet een Guanche zijn geweest, de oorspronkelijke bewoners van de Canarische eilanden. In 1444 begint Gonçalo Velho Cabral met de kolonisering ervan. Men treft er dezelfde vogels aan en talloze warme en zwavelhoudende bronnen, nu een toeristische attractie. 

Over de data van de ontdekking van de centrale groep van 5 eilanden bestaat geen zekerheid, maar hoe dan ook vóór 1439. Immers, een koninklijk document uit dat jaar geeft aan Hendrik de toelating de zeven eilanden van de Azoren te gaan bevolken. Toen waren met zekerheid Flores en Corvo nog niet ontdekt, het moet dus gaan om de twee eilanden van de oostelijke groep plus de vijf van de centrale groep. Wellicht wordt Terceira als eerste van deze centrale groep ontdekt, in totaal dus als derde eiland, wellicht daarom de benaming Terceira (=derde). Terceira stond overigens al vermeld op de zeekaart van de Venetiaan Andrea Bianco uit 1436. Er is een vermoeden dat het eiland werd (her)ontdekt door de bemanning van een schip, dat terugkeerde naar Portugal vanuit wat nu Mauretanië is, en door de wind de oceaan was op geblazen. Jacob van Brugge (zie verder) wordt de eerste kapitein van het eiland, zo rond 1450.

Vervolgens is São Jorge aan de beurt. São Jorge komt reeds voor in de atlas Portulano Mediceo Laurenziano uit 1351 ! De (her)ontdekking kan niet met zekerheid aan iemand worden toegeschreven. Jacob van Brugge was de eerste om het eiland te bevolken rond 1460. Dat is logisch, Terceira en São Jorge liggen dicht bijeen. 

Dan zijn de naast elkaar liggende eilanden Faial en Pico aan de beurt. Faial wordt genoemd naar de grote groene struik die het eiland kenmerkt en Pico naar zijn enorme berg, waarvan de top uitsteekt boven de wolken, zoals je vanuit het vliegtuig kan zien. Faial wordt het Vlaemsche eyland bij uitstek (zie verder). Reeds in 1452 geeft koning Afonso V opdracht aan de Vlaming Michel Herman (=Miguel Armão) een groep gevangenen uit Bourgondië en Portugal over te brengen naar Faial. Rond 1460 dan begint de gerichte bevolking en ontginning door Vlamingen (zie verder). In 1490 wonen er zo’n 1.500 Vlamingen op het eiland op een totaal dat niet veel meer zal zijn geweest. Over Pico bestaat weinig documentatie. De bevolking begint in het zuiden vanaf 1482 en in het noorden vanaf 1510

Over ontdekking en beginnende ontwikkeling van het eveneens centrale eiland Graciosa is weinig geweten. Rond 1440 laat Hendrik de Zeevaarder er klein vee afzetten, wellicht ook weer met een aantal bannelingen of andere hoeders, ter voorbereiding van de aankomst van kolonisten. De eerste vestiging gebeurt door Vasco Gil Sodré in de jaren 1450.

De westelijke eilanden Flores en Corvo ten slotte worden (her)ontdekt in tussen 1449 en 1452 door Diogo de Teive. Hij was op zoek naar Antillia – het eiland met de 7 steden – en volgde een vlucht vogels die van het land waren en niet van de zee. Een middeleeuws bron vermeldt de aanwezigheid van een Vlaams schip voor de kust van Flores in de jaren 1500-1510. 

Over de Azoren deden legendes, mythes en geruchten de ronde. Reeds in de VIII° eeuw vóór Christus was sprake van fantastische eilanden Hoe kon men dat weten, wijst het op een nog onverkende voorgeschiedenis van ontdekkingen ? Lange tijd heerste de legende dat de Azoren  deel zouden uitmaken van het verzonken continent Atlantis, wat de fascinatie vergrootte. Atlantis wordt vermeld door de oud-Griekse wijsgeer Plato, die het situeerde buiten de Zuilen van Heracles (= straat van Gibraltar). In zijn toorn - wat hem wel meer overkwam - liet de wispelturige oppergod Zeus aardbevingen en vulkaanuitbarstingen los en zo zakte Atlantis weg in de oceaan, die deze naam draagt. Alleen de toppen van 9 eilanden bleven boven water uitsteken : de Azoren. In natuurreeksen op tv kan men kunstmatig de oceaan laten leeglopen om een scheepswrak te vinden, wel, dat zou hier interessant zijn ! 

Over de oorsprong van de benaming Azoren bestaat discussie. De meest populaire uitleg is de aanwezigheid van haviken (=açores), ofschoon het buizerds waren. Een tweede uitleg betreft Velho Cabral zelf en zijn toewijding aan Santa Maria dos Açores, de patroonheilige van de Azorenparochie in Celórico da Beira op het vasteland. Het is niet onmogelijk, want dat dorp heeft inderdaad nog altijd een parochie met die naam. Maar toch, dit dorp ligt zo’n 220 km. noordelijker dan zijn normale verblijfplaats Tancos, in de tijd van paard en kar geen eenvoudige verplaatsing. Een derde veronderstelling zijn de blauwe luchten boven de eilanden, in het Latijn van toen azureus.

 3. VLAAMS-PORTUGESE HANDELS- EN DYNASTIEKE BANDEN.

 

In 1194 vergaat een Portugees schip, geladen met melasse, olie en zout, ter hoogte van Lombardsijde, wat hun aanwezigheid in onze Vlaamse streken bevestigt. In 1212 worden Portugese kooplui gesignaleerd in Brugge. In 1384 worden door Brugge de eerste privilegies toegekend aan de Portugezen, waarna, in 1385, een Portugese handelspost, een zogenaamde factorij, wordt geopend. Ze brengen wijn mee, olijfolie, vijgen, rozijnen, kurk, zout, honing, bijenwas, zijde en lederwaren. De grootste handelsgemeenschap echter vormen de Italiaanse kooplui uit Genua, Firenze, Venetië, Lucca en Milaan. Brugge kan zonder overdrijving de handelshoofdstad van die tijd worden genoemd, ofschoon een deel van de handel weglekt naar Sluis, dat buiten het rechtsgebied van Brugge valt – het belastingparadijs van toen ! Deels door sociale onrust en deels door de verzanding van het Zwin, dat oorspronkelijk tot in Damme kwam, enerzijds en de opkomst van Antwerpen anderzijds wordt de factorij naar deze stad overgebracht in 1511. Ze is gevestigd aan het Kipdorp, op het adres waar tot voor enkele jaren de brandweerkazerne was ondergebracht. De handel bloeit aanvankelijk matig in vergelijking met die uit andere landen, maar neemt gestaag toe en leidt ten slotte tot een aanzienlijke en permanente Portugese aanwezigheid. De factorij sluit in 1549. De handel heeft immers sinds 1531 meer en meer plaats in het nieuwe beursgebouw in de Twaalfmaandenstraat, tot 1997. Het begrip beurs als overdekte handelsplaats ontstond overigens niet in Antwerpen maar in Brugge en is afgeleid van het Latijnse bursa, waarnaar ook de eerste oprichter Jean Van der Beurze is genoemd. 

 

Er zijn ook dynastieke banden tussen Vlaanderen en Portugal. In 1184 trouwt Mathilde van Portugal met de Vlaming Philips van den Elzas en in 1212 is het de beurt aan Ferdinand van Portugal om te trouwen met de Vlaamse Johanna van Constantinopel. Nog later, in 1387, trouwt João I van Portugal met Filipa van Lancaster, dochter van Jan van Gent en Branca van Lancaster. Dit wordt belangrijk voor de Azoren ! Uit dit koninklijk huwelijk komen zes kinderen voort, waaronder Dom Duarte (toekomstige koning), Dona Isabel en Dom Henrique ofwel Hendrik de Zeevaarder, de aanstichter van de ontdekkingsreizen ! Die dus Vlaams bloed in de edele aderen had ! 

 

Isabel (1397-1472), zus dus van Hendrik de Zeevaarder, trouwt in 1430 met Filips de Goede, hertog van Bourgondië, residerend in Brugge. Uiteraard is het een politiek gearrangeerd huwelijk. Daar Filips haar nog nooit gezien had, stuurt hij - bij gebrek aan instagram – Jan van Eyck naar Lissabon om een portret van zijn toekomstige gade te maken. Ze bevalt hem ! De overtocht over zee van Isabel, in gezelschap van haar broer Hendrik de Zeevaarder, duurt twee maanden en is woelig, het konvooi verliest enkele schepen. Het huwelijk wordt voltrokken in Sluis en gaat gepaard met het instellen van de Orde van het Gulden Vlies. Het echtpaar vestigt zich in Brugge. Deze Isabel zou belangrijk worden voor het bevolken van de eilanden. 

 

Haar nicht Beatriz van Coimbra (1435-1462) kan eveneens een rol hebben gespeeld in het bevorderen van de Vlaamse aanwezigheid op de Azoren. Haar vader is Pedro, regent van Portugal namens de minderjarige koning Afonso V. In 1453 huwt zij met Adolf van Kleef, heer van Ravenstein en later ook van Wijnendale ! Zij is dus aanwezig in Vlaanderen en kan ongetwijfeld invloed uitoefenen bij koning Afonso V. Een tegenargument nochtans is haar vroegtijdig overlijden, naar wordt vermoed door vergiftiging.  

 

(vervolg : zie artikel 232).


Herman van Schoten, Schoten, België, 09/01/2021.

Alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten