Rond
nieuwjaar wensen we elkaar het allerbeste toe voor het nieuwe jaar. Gezondheid
en geluk zijn de klassieke wensen en inderdaad, met reden. Ik sluit me er graag
bij aan. Maar ik heb ook nog een andere wens voor u, een taalwens ! Moge de
Nederlandse taal in 2018 wat meer in de belangstelling komen, van media, onderwijs,
politiek en ook van u ! Een wens bijna als een opdracht ! En toegegeven, met
een bijbedoeling, want verpakt in een dubbele portie cultuurkritiek…Houdt u
vast !
Het
is erg gesteld met de kennis en de beoefening van het Nederlands. Dat is zowel
in Vlaanderen als in Nederland het geval, zij het om uiteenlopende redenen.
Vlaanderen
cultiveert het zogenaamde verkavelingsvlaams. Het woord is bedacht door Geert
Van Istendael en staat voor de Vlaamse tussentalen, in het meervoud, want de
dialecten woeden hevig op onze Vlaamse grond. Enkele voorbeelden : ne velo, hebde gij ?, wazegde ? Het wordt algemeen aanvaard en
gebruikt. De VRT presteert het zelfs om nog een stap verder te gaan. Na het
weerbericht krijg je op haar tv-kanaal een zin in plat dialect te zien, plezant
! Het is plat populisme, dat overigens al veel langer wordt gecultiveerd door
het soort volkse programma’s, dat de norm is geworden op deze publieke zender.
De politiek spreekt dan weer krom Vloms, gespekt
met vertaald Frans, niet uit
overtuiging, maar omdat men onvoldoende Nederlands in huis heeft. Politicus Decroo
senior was ooit minister van Nationale Opvoeding, de man kan nochtans niet één
zin in keurig Nederlands spellen. Zijn voertaal thuis is Frans, wat ik
toevallig kon vaststellen toen we hem en zijn gezin tegen het lijf liepen in
Coïmbra, ofschoon hij er prat op gaat nooit met vakantie te gaan. Zelfs de vertegenwoordigers
van de Vlaams-nationalistische politieke partij NVA grossieren in verfranst
Vlaams, zij kunnen niet anders en kennen niets anders. Vlaanderen is taalarm en
met het ophemelen van dialecten gaat het er nog verder op achteruit. Het is
nochtans elitair - jawel ! - tegenover anderstaligen, met name ook tegenover
vluchtelingen, want met schoon Vlaams of Nederlands hoor je er niet bij ! Vloms is ook altijd een manier geweest
om zich af te zetten tegen dat kakkerige Hollands. Wat een bekrompenheid, oh oh
oh…
Ik
correspondeerde met prof. Vermeersch, vermaard filosoof uit Gent. Naar
aanleiding van mijn artikel 36, getiteld Identiteit,
stuurde hij mij een artikel toe, getiteld Identiteit
: Vlaams, Belgisch ?, eerder verschenen in Doorbraak. Een citaat : Om
het heel simpel te stellen, VTM en VRT (met hun nieuws en soaps), samen met Dag
Allemaal, Humo, Story, enz. hebben (zonder dat te bedoelen) veel meer
bijgedragen tot een feitelijke gemeenschappelijke Vlaamse identiteit, dan alle
propaganda van Volksunie, Vlaams Blok, NVA enz. samen. Dat was raak, een
vaststelling waar je inderdaad niet omheen kan. Maar het niveau waarop men zich
nestelt met die Vlaamse identiteit is die van het buikgevoel, zo van wij zijn
simpele Vlaamse boeren (in de pejoratieve betekenis, excuus aan de echte
boeren) en willen dat ook blijven. Geen pretentie naar hogerop, naar iets meer
beschaving, geen behoefte aan volksverheffing, maar integendeel zich ingraven
in de cultuur van het direct toegankelijke, de grove lach, het bedienen van de
klant, het directe commerciële succes, in de grond de Amerikaanse
consumptiecultuur. Vlaamse identiteit ?
Nu is
deze mening weliswaar elitair - waarom ook niet ?! - maar geenszins
wereldvreemd. Het is bijvoorbeeld geen kritiek op dialecten. Dialect kan
plezant zijn, maar hoort niet thuis in de openbare sfeer, met name niet in de
media, tenzij in een kolderachtig toneelstuk. Tv-soaps als Thuis en Familie mogen best het Vlaams beoefenen,
maar men moet toch streven naar een beetje verstaanbaarheid voor anderstaligen,
kortom het er niet te vingerdik op leggen, kwestie van evenwicht. En ja, ook ik
ga me graag een keer te buiten aan Turnhouts, dat ik helaas nog maar weinig kan
beoefenen omdat mijn familie door overlijdens zwaar is uitgedund. Ik doe ook
graag Oostends na, omdat we daar wat vrienden en kennissen hebben, al kan ik
het niet, maar het is grappig. Maar in mijn blogboek streef ik naar keurig
Nederlands, al kreeg ik al de opmerking dat het voor Nederlandse lezers soms
nogal Vlaams aandoet, maar we verstaan
het wel ! Cultuurtaal en volkstaal hebben beide recht van bestaan, maar we
moeten noch overdrijven in het ene, noch in het andere. De klepel is te zeer
naar het volkse en populaire doorgeslagen.
Vlamingen
interesseren zich helaas niet voor taal, ze cultiveren buiktaal, ze hebben zich
laten verfransen en vinden dat niet erg, men graaft zich populistisch in in een
soort bekrompen eigenheid en men beseft dat niet eens, voilá ! Buitenlanders, nadat je ze wat beter hebt leren kennen,
beamen : in Vlaanderen heerst een bekrompen mentaliteit. De taal is er het
eerste slachtoffer van.
Voormalig
gidsland Nederland is er niet beter aan toe en kan zelfs beticht worden van
schuldig verzuim. De taalvaardigheid van Nederlanders is zoveel beter, maar ze
gebruiken graag veel woorden voor weinig inhoud. Van meet af aan stoorde me hun
overdreven gebruik van leuk en lekker, die ten slotte lege woorden zijn
geworden. Veel erger is het Engels in hun Nederlands. Als ze het maar kunnen
verengelsen, zijn ze gelukkig. Onlangs had iemand het over een side table, echt waar ! Nu is Engels
zelfs verheven tot officiële taal in een toenemend aantal instituten voor hoger
onderwijs ! Dat is een regelrecht drama. De kennis van het Nederlands gaat er
straal door achteruit en het beoefende Engels is wat men wel eens steenkolenengels
noemt, Engels met veel hoeken af. Zo verzeilt men in een taalvacuüm en dat
wordt niet beseft. Hoe moeten studenten Nederlands overigens een scriptie
schrijven, als dat in het Engels moet ? Onlangs wist een student zich geen raad
omdat een Nederlands gedicht niet werd aanvaard omdat het niet in het Engels
was gesteld. Engels als opgelegde onderwijstaal getuigt zowel van verwaandheid,
cultureel onbenul als van de traditionele Nederlandse koopmansgeest, maar dan
totaal verkeerd begrepen. Het is mij trouwens een raadsel hoe een universiteit
het Engels tot haar officiële taal kan proclameren in een land waarin de
grondwet in het Nederlands is gesteld en zich vermoedelijk ook wel uitspreekt over
de officiële taal ?
Het
Nederlandse onderwijs is haast geheel gericht op vaardigheid, taal is slechts
een middel. Culturele vorming is herleid tot hobby. Letterkunde is zo goed als
weg, in het middelbaar onderwijs bijvoorbeeld even de tijd nemen voor een
gedicht van bijvoorbeeld Slauerhoff, is niet de bedoeling. Alleen nog een echt
gedreven leraar tracht het binnen te smokkelen, getuigt Hans Bennis van de
Taalunie. Nochtans hebben leerlingen er wel belangstelling voor, maar die
belangstelling moet uiteraard gevoed worden. Een aantal leraren heeft echter
zelf maar een beperkte culturele achtergrond en kan zelfs nauwelijks spellen ! Aldus
deze bevoorrechte getuige.
Er is
een grondoorzaak waarom deze funeste evolutie onomkeerbaar is. Dat is de
Nederlandse allergie voor regels en normen. Men wil voor alles zijn eigen
regels bepalen, vrijheid blijheid nietwaar ! Zo hebben Nederlandse kranten een
eigen taalbijbel, stijlboek genoemd, verschillend van krant tot krant, wij
bepalen het zelf ! Nochtans is Nederland in de grond een door en door geregeld
landje en wordt openheid meer gespeeld dan beoefend, zie bijvoorbeeld de
geheimhouding rond EBN en NAM inzake de problematiek van de gasexploitatie rond
Groningen, zie ook het terugdraaien van het referendum. Maar als het op taal
aankomt is er geen wil tot regulering.
Een
soort Académie Française voor het
Nederlands is dan ook volslagen utopisch. Sterker, het legertje taalkundigen
zal gelijk verklaren dat het niet wenselijk is ! Want taalnormen opleggen
vanuit ivoren torens, daar is niemand mee gebaat, toch ?! Men vergist zich
deerlijk. Net zoals verkeersregels elementair zijn, zijn taalregels dat
evenzeer. Als ik bij een bestelling vanuit Vlaanderen de Nederlandse
telefoniste nog maar met veel moeite begrijp ? Als de gemiddelde journalist of
columnist niet meer in staat is een artikel te schrijven in het Nederlands,
zonder dat het bulkt van Engelse termen ? Terwijl
taal toch het werktuig van de schrijver is ! Een vergelijking : stel dat je een
loodgieter in huis haalt met een meetlat in Engelse inch, iets dergelijks doen die normloze taal-ondeskundigen. Een
instituut als de Taalunie bijvoorbeeld zou met officieel gezag bekleed kunnen
worden – nu is het slechts adviserend - en o.a. terstond de opdracht krijgen om
nieuwe Nederlandse of vernederlandste woorden te bedenken voor bijvoorbeeld speedpedelec, sackjacking, shinen, me-time,
killerapp, gutmensch, black spot, een to-do-lijst ! Daartoe is echter een
wedstrijd met genomineerde woorden, waarover gestemd kan worden, zoals voor het
woord van het jaar, geen geschikt instrument, het zou wat worden. Taal
verdraagt geen democratie, net zo min als verkeersregels of…godsdienst ! De
politiek zou zichzelf kunnen verplichten om wet- en beleidsteksten in keurig
Nederlands op te stellen, na bindend
advies van de Taalunie. Vooral in Vlaanderen en België (vaak vertaald Frans) is
dat nodig. Zodat we geen syndicus noch
een cordon sanitaire meer krijgen
opgedrongen en afscheid kunnen nemen van kromtaal als : gelieve mij per kerende uw reactie te laten geworden. Vrijblijvend
taaladvies binnen de VRT bijvoorbeeld heeft tot niets geleid, dat is intussen
wel duidelijk. Een voormalig VRT-directeur : onze journalisten aanvaarden dat niet meer. Het moet dwingend
worden en vanuit een met gezag bekleed instituut. Desnoods met de karwats. Omwille
van de diversiteit !
Taalnormen
zijn inderdaad noodzaak in een samenleving, die meer en meer divers wordt van
samenstelling. Hoe moeten al die nieuwkomers goed Nederlands leren ?! Ik kan
hier in Portugal perfect goed Portugees leren, algemeen beschaafd Portugees zeg
maar - al lukt het mij niet zo vlot - en het Algarvio of het Açoreano
zijn dat niet, het is volstrekt duidelijk. De dikke van Dale is in het
Nederlands taalgebied toonaangevend, bij gebrek aan beter. Het is echter een
commercieel product, dat sociologische evoluties volgt, maar niet voorschrijft.
Objectief is aan een commercieel woordenboek geen behoefte, wel aan een
officieel woorden- en spellingsboek, dat de norm stelt, overigens ook voor
medisch, juridisch, economisch, digitaal en ander technisch vakjargon. Een
recent voorbeeld. De mogelijke uitlevering van de Catalaanse president
Puigdemont aan Spanje wordt in de Belgische juridische vertaling overlevering genoemd. De advocaat
hanteert dit woord dan ook consequent. Uiteraard is dit taalkundige onzin.
De
taalkundigen zullen mij als ouderwets weghonen, vervormd als ze zijn door de
ideologie van het regerende relativisme en de commercie, dat hun denken
dicteert. Mijn repliek : ik ben alweer een stap verder, we zijn te ver
doorgeschoten in pragmatiek en populisme, er moet aan de bel worden getrokken !
Niet alleen qua taal nota bene, maar evenzeer qua algemene vorming en omgangsvormen.
Vorming is vervangen door amusement en bezighouden, studeren door aansluiten
bij wat de leerling prettig vindt, denken door toepassen, taal door gebrabbel.
Dit is misdadig. Culturele decadentie is opgerukt en taaldeskundigen, pedagogen
en medialui legitimeren het. Zij zouden
in die strijd een bondgenoot moeten zijn. Quod
non, niet dus.
Taalpuristen zijn
nodig als antidotum voor taaldelinquenten. Onverzorgde taal leidt rechtstreeks
naar de doodlopende steeg van onverzorgd denken. Waar geen taal is, is geen
denken. Waarvan helaas akte in deze onbehouwen tijd, gedicteerd door
Amerikaanse cultuurbarbaren, die niet toevallig zonder bestek eten. En pijnlijk
ongeïnteresseerd geabsorbeerd door media, onderwijsinstituten, pedagogen,
taalkundigen.
Hier
in Portugal gaat men tamelijk zorgvuldig om met de taal. Goed, het Engels is
ingeburgerd ter wille van de massa toeristen en Engelstalige residenten, die
het vertikken zich aan te passen. Maar onder elkaar is er wel degelijk
taalbesef. Winkelbedienden bijvoorbeeld verbeteren mij spontaan ! Maar
bijzonder opmerkelijk is de algemene reactie op de nieuwe spelling, door de
regering ingevoerd op aandringen van de Brazilianen. Die nieuwe spelling
versimpelt het Portugees, maar wordt algemeen geboycot. Bijdragen in kranten
bijvoorbeeld vermelden onderaan het artikel steevast : dit artikel is geschreven in de oude spelling. Die nieuwe spelling
is immers fonetisch en pragmatisch, zaait verwarring en verdrijft de
cultuurtaal.
Ten
slotte een vertaalde zin op de perronmuur van metrostation Saldanha in Lissabon
:
WAAR GEEN TAAL IS, IS GEEN VOLK.
Daarom
wens ik u voor 2018, naast gezondheid en geluk, een portie aandacht toe voor
taal in de openbare ruimte.
Herman
van Schoten, Lagos, Portugal, 28/12/2017.
alle rechten voorbehouden :
vanschotenherman@gmail.com.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten