In de startnota voor de vorming van een Vlaamse
regering 2019 is sprake van een Vlaamse geschiedeniscanon.
De startnota : Om het identiteitsbesef van de
jongere generatie te bevorderen, stellen we in navolging van Nederland een
Vlaamse canon op, een lijst van ankerpunten uit onze Vlaamse cultuur en
geschiedenis, die Vlaanderen als Europese natie typeren en die onze leerlingen
op school en nieuwkomers in onze inburgeringscursussen moeten kennen.
Het is dus afgekeken van Nederland, waar de canon in
2006 het licht zag en dat is een vaststelling van enige betekenis. Identiteit
leeft meer in Nederland dan in Vlaanderen. Dat merk je in Nederland, op tv en
bij Nederlanders in den vreemde.
Net als in Nederland zorgt ook hier de canon voor
discussie. De VRT zette gelijk de toon door een bevriend historicus in de
studio te halen : Karel Van Nieuwenhuyse. Deze verklaarde dat een canon
historisch geen steek houdt. Een canon immers vertrekt vanuit hedendaagse
ideeën en we gaan die vervolgens terugprojecteren op het verleden. Geschiedenis
is een aaneenschakeling van feiten en toevalligheden en wordt geïnterpreteerd
vanuit het kader van de samensteller. Het wordt noodzakelijkerwijs een
interpretatie vanuit deze eeuw.
Je kan de redenering van deze professor volgen. De
Belgische onafhankelijkheid in 1830 bijvoorbeeld werd bejubeld in de lessen
geschiedenis uit mijn jeugd. Van enige situering vanuit de Franse, Nederlandse
en Vlaamse belangen was geen sprake. Deze professor blijkt nu van mening te
zijn dat het nu eenmaal niet anders kan en dat subjectiviteit het eerste
kenmerk is van geschiedschrijving. Welnu, als deze professor consequent is,
neemt hij ontslag vermits zijn vak zinloos is en moet worden afgeschaft, klaar,
toch ?!
Van Nieuwenhuyse betoogt verder dat de Nederlandse
canon tot commotie heeft geleid en tot op vandaag voor discussie zorgt. Hij
besluit hieruit dat een canon onwenselijk is. Het lokt debat uit en dat is
gevaarlijk, code rood ! Wat een onzin, debat bewijst net het succes van de
canon ! Een politiek correcte kramp ?
Dan verscheen Bruno De Wever in de media. Hij is van
een aanzienlijk intellectueel kaliber en niet bepaald mediageil. Hij werd door
de media gevraagd omdat hij de geleerde broer is van NVA-leider en Antwerps
burgemeester Bart, die het idee canon lanceerde. En kritiek van de ene op de
andere broer is spek voor de commerciële bek van de media. Broer Bruno veroordeelde
eveneens het principe van de canon. Vakdidactici
geschiedenis zijn uitgesproken tegenstander van zo’n canon. De politieke
instrumentalisering van de geschiedenis om de Vlaamse identiteit te
ondersteunen is een bar slecht idee. Geschiedenis is geen rechte lijn. Ze bevat
doodlopende straatjes en laat verschillende lezingen toe naargelang van het
perspectief. Dat proberen we alle toekomstige geschiedenisleraars met hand en
tand uit te leggen. Inhouden uit het verleden opleggen staat haaks op
historische kennis. Het is toch raar dat politici zich bezighouden met de
inhoud van een vak. Voor wiskunde doen ze dat toch niet?
Merkwaardig. Broer Bruno
gaat er vanuit dat de canon haast per definitie een partijpolitiek doel dient.
Nederland toonde aan dat je daaraan kan ontsnappen, mits je het goed aanpakt en
daarop kom ik straks terug. Bruno De Wever maakt ook nog een kwalijke denkfout.
Waarom bemoeit de politiek zich met mijn vak geschiedenis, vraagt hij zich af,
en niet met de inhoud van het vak wiskunde ?! Wel, hm, hooggeleerde heer,
wiskunde is wetenschap bij falsifiëring van voorlopige resultaten door
wetenschappers, menswetenschappen bij…consensus !
Joost de Vries (1) heeft
een origineel maar desalniettemin al evenzeer vals argument tegen de canon. Als
voorbeeld citeert hij de Nederlandse VOC (=Vereenigde Oostindische Compagnie),
die voor sommigen staat voor heroïsche handelsdrift, voor anderen voor
slavernij en kolonialisme. Zijn conclusie : Een objectieve vaststelling van
de wereld zoals in een canon vinden we ongewenst, want we zijn de wereld als
steeds subjectiever gaan beleven. We willen niet iedereen zien, we willen
vooral onszelf zien. Kortom, ieder zijn persoonlijke canon ! Begrijp ik
deze journalist goed als ik stel dat je het (doorgeschoten) individualisme moet
zien als maatstaf voor je handelen ? Debat en confrontatie van ideeën zijn
bijgevolg overbodig en schadelijk, want ieder zijn mening, toch ? Wat nu
is, hoe scheef ook, is de norm voor de toekomst ? Je kan ook omgekeerd
redeneren ! De behoefte aan een gemeenschappelijke geschiedeniscanon is precies
ontstaan door het geërodeerde gemeenschapsgevoel. Ondanks het merkwaardig
aantal burgers, die aan vrijwilligerswerk doen, heb je toch het aanvoelen dat
een tandje moet worden bijgestoken om het evenwicht individu – samenleving te
herstellen. De verhouding rechten/plichten zit scheef, dat verklaart zelfs
CD&V-politica Hilde Crevits over nieuwkomers. Ze is een late bekeerlinge,
maar zou beter veralgemenen : ook voor de hier geboren Vlaming wegen rechten meer
dan plichten. Een bad gemeenschapszin voor iedereen zou zinvol zijn. De canon is daartoe een welgekomen bouwsteen.
De populistische
redacties van onze regimepers zagen ook hun kans ! Hun lezers en luisteraars
bevragen levert immers zowel bladvulling als sensatie op ! Resultaat was een
kleine zondvloed aan suggesties, wat illustreert dat het onderwerp zeker wel
leeft. Een greep uit de voorstellen om te worden opgenomen : Samsom en Gert,
Helmut Lotti, Pieter Aspe, Eddy Merckx, De Kampioenen, Het Leugenpaleis, In de
Gloria, Nafi Thiam (een Waalse !),Vincent Kompany (een Brusselaar !), Will
Tura, Dalilla Hermans, dEUS, het broodje martino, enz. Je kan dit lijstje
gemakkelijk eindeloos aanvullen. Waarom niet Urbanus, Zjef Vanuytsel, Johan
Verminnen, Marc Coucke, Della Bosiers, Ivan Heylen, Jean-Marie Pfaff, Louis
Neefs, Martine Tanghe, Wannes Van de Velde, Kim Gevaert, Willem Vermandere, Tia
Hellebaut, Raymond van het Groenewoud, Kim Clijsters, of ik spring uit ’n
vliegmachien-Eddy Wally ? Dit is de aanpak van De Grootste Belg. Een
pop-poll, moet je niet doen.
De canon en ideologische
vooringenomenheid ten slotte. Met name allergie tegen identiteit en flirten met
wereldburgerschap. Afkeer van identiteit is zelfhaat omwille van de uitwassen
van de identiteitspolitiek, concreet in het kolonialisme overal ter wereld en recent
in nazi-Duitsland en voormalig Joegoslavië. Men maakt zich wijs dat door de
mogelijkheden van communicatie en reizen we afscheid genomen hebben van onze
bekrompen navelstaarderij en van onze aangeboren, instinctieve neiging tot
dominantie en geweld. Op naar het vredevolle wereldburgerschap, ten slotte,
stammen we niet allen af van de eerste mens, van het skelet van Lucy, ergens in
Ethiopië ?! Het wetenschappelijk alternatief voor Adam en Eva ! Identiteit zou bovendien
een achterhaald begrip zijn want het bouwt muren tussen mensen, terwijl de hele
wereld letterlijk naar ons toe komt. Consequentie voor het politieke handelen :
open grenzen ! Welnu, deze idealisten ontkennen de natuurlijke neiging tot
zelfbehoud in elke cultuur. Ze spelen met vuur. Want opgelegd wereldburgerschap
en opgelegde multicultuur zijn een explosieve cocktail voor burgeroorlog… Hun romantische
voorstelling van zaken laat je bovendien beschavingsgewijs naakt achter in een
harde wereld van politieke confrontatie. Zonder culturele kleren heb je weinig
verweer tegen agressieve ideologieën, zoals concreet de Amerikaanse
geldfilosofie en het daaruit voortgekomen consumentisme. En straks, wie weet,
tegen het Chinese anti-democratische staatsdenken. Sommigen van deze zelfverklaarde
wereldburgers zweven in een luchtballon hoog boven het grauw, de europoliticus
Verhofstadt bijvoorbeeld. Het is toch vooral een puberteits- en
adolescentendroom.
Genoeg kritiek ! Tijd
voor een positieve benadering !
1. Een geschiedeniscanon
is niets bijzonders, waarom al die ophef ? We hebben al een literaire canon :
50 literaire werken, als erfgoed voor toekomstige generaties. Persoonlijk heb
ik mijn bedenkingen bij de samenstelling, ik zou een herijkingscommissie niet
ongenegen zijn. Maar hij is er wel, de literaire canon.
2. Een canon is
wenselijk wegens het falende geschiedenisonderricht. De oorzaken zijn minder
relevant dan het resultaat en dat is het feit van een groot gemis aan
historische vorming van de jeugd. Het schoolvak geschiedenis zit als het ware
in de prullenmand, maar met elementaire computervaardigheid kan je het daar nog
uithalen ! In de aanloop naar de laatste verkiezingen in 2019 bijvoorbeeld pleitte
een aantal jongeren voor herfederalisering van bevoegdheden en het herlanceren
van België. Dat alleen Vlaanderen zou inleveren en Wallonië niet, hadden ze
niet in de gaten. Besef van de Vlaamse strijd tot ontvoogding was afwezig. Ze
hadden geen benul van historische achtergronden van België in het algemeen en
van de delicate evenwichten in de inderdaad overingewikkelde staatsstructuur in
het bijzonder. Voor mijn part schaf je inderdaad, uit bezuinigings- en
doelmatigheidsoverwegingen, alle regeringen af ten voordele van één Belgische,
maar dan wèl zonder Waalse grendels en bijzondere meerderheden ! Welnu, om het politieke
buikgevoel in goede banen te leiden, is een portie geschiedenis nodig. Maar ook
om een nieuwe generatie politici te behoeden voor pragmatische
ad-hoc-beslissingen, zonder kennis van historische lessen. De canon is een
nuttig hulpmiddel.
3. Een canon is
wenselijk voor de inburgering van nieuwkomers. Je kan je weliswaar afvragen wat
een nieuwkomer uit Syrië of Afghanistan te maken heeft met de Guldensporenslag
? Voor integratie is taal weliswaar het belangrijkste, maar ook je openstellen
voor de geschiedenis van het volk dat je ontvangt, is een middel om dat volk te
leren begrijpen. Waarden en normen zijn wellicht nog belangrijker. Wij gaan
ervan uit dat de onze universeel zijn, in werkelijkheid worden ze slechts door
een minderheid op deze planeet gedeeld. De confrontatie kan schokkend zijn,
mentale opname ervan noodzakelijk voor integratie.
Eerder dan zelf
inhoudelijke suggesties aan te reiken, die toch maar op de naamloze hoop komen,
wil ik aandacht vragen voor de methode van aanpak. Om niet ingepikt te worden
door politiekers, ideologen, vakhistorici, media is het wenselijk maatstaven te
formuleren voor succes. Bijvoorbeeld deze :
1.historische feiten
selecteren als ankerpunten, die een venster kunnen openen op themata, die het
huidige Vlaanderen mee hebben vormgegeven, zowel in de territoriale evolutie
als in de tijd. Het idee van venster ontleen ik aan van Oostrom, die de
Nederlandse canon ontwierp. Een van zijn voorbeelden : Anne Frank als vertrekpunt
voor de holocaust en de genocide in Srebrenica. Zo krijg je leerlingen geïnteresseerd.
2.geen feiten, noch
personen uit de hedendaagse geschiedenis of actualiteit, daarvoor is het 30 tot
50 jaar te vroeg. Het zou de canon bagatelliseren.
3.vermijden van de
opvatting dat de canon moet verwoorden wat vandaag leeft bij wie zich vandaag
op ons grondgebied bevindt. Dat zou een vermomde poging zijn het
multiculturalisme tot Vlaams gebod te verheffen en uiteraard grote tweedracht
zaaien. Onze identiteit is vorm gegeven in het verleden. Dat zit in onze genen.
Het heden zal, zodra de actuele cultuurstrijd zal zijn gaan liggen, ongetwijfeld
bouwstenen leveren voor onze toekomstige identiteit en voor de canon van de
toekomst. Misschien plooien we terug op ons regionale zelf, misschien worden we
overtuigde Europeanen, misschien worden we Noord-Europeanen die zich
onderscheiden van Zuid-Europeanen, wie zal het zeggen ?! Voor de canon van
vandaag is dat allemaal veel te vroeg.
4.bereidheid tot
discussie over controversiële kwesties. Bijvoorbeeld 1830 als vertrekpunt voor
schijnbaar verre kwesties als de collaboratie. Ander voorbeeld : de conferentie
van Berlijn van 1885, waardoor Congo toeviel aan koning Leopold I, situeren zowel
in de tijd als in positieve en negatieve uitlopers : pro en contra van de
kolonisering en pro en contra van de missionering.
5.evenwicht tussen eigenheid
en invloeden van buiten. De culturele hoogtepunten staan buiten kijf en de
sociale zekerheid is een absolute verworvenheid in vergelijking met de meeste
andere landen. Het mag echter niet leiden tot een triomfalistische opvatting
van Vlaanderen als monolitische sociaal-culturele eenheid. Vlaanderen is immers
mede gemodelleerd door België en België op zijn beurt door de Franse politiek en
cultuur, wat nog altijd doorwerkt in wetgeving, ruimtelijke ordening, zelfs in
de distributiesector : de grote Vlaamse supermarktketens hebben quasi hetzelfde
aanbod als de Franse, echt anders dan Nederlandse.
6.aandacht voor de inbedding in Europa : de ideeën van
de Verlichting, de grondrechten, de parlementaire democratie, de politieke verankering
in Europa. Ons burgerschap ontlenen we in aanzienlijke mate aan onze Europese
wortels. De Europese waarden worden in vele boeken
doorgaans jubelend beschreven. Meestal zijn ze interessant voor de
theorievorming. Er staat er een aantal in mijn kast, maar ik ga er niet mee
uitpakken. Misschien eentje : De terugkeer van Europa (2). Interessant
voor geïnteresseerden, maar af en toe hoogdravend, vrijblijvend, zonder
toetsing aan de praktijk op het terrein. Dat is een bijna noodzakelijk kenmerk
van theorievorming. Toetsing aan de realiteit op het terrein zowel door de
lesgevers als door het publiek : de leerlingen en de nieuwkomers.
7.opname van een subtitel
hoe kijken buitenlanders naar ons, Vlamingen ? Informateur De Wever ziet
Vlamingen als open mensen, verdraagzaam en gastvrij. Dat weet ik nog zo
niet. Bij onze buitenlandse contacten merken we meer dan eens het omgekeerde :
Vlamingen zouden gesloten zijn, afwachtend, ongastvrij, wars van vreemden,
houterig in taal en soms ook van ledematen (koning Filip – grapje…).
8.de canon moet
begeestering kunnen wekken. Een slecht en een goed voorbeeld. Het boek Karel
V is historisch boeiend en de auteur is Wim Blockmans, vakhistoricus en
expert in de materie (3). Maar je wordt omvergeblazen door de feitjes en
weetjes, het is meer een cursus dan een boek voor een geïnteresseerd publiek
van niet-historici. Het is vermoeiende en saaie lectuur. Vergelijk bijvoorbeeld
met de boeken De Bourgondiërs en Napoleon, beide van de hand van
Bart Van Loo, amateur-historicus en geïnspireerd schrijver (4)(5). Niet alleen
boeiend qua inhoud maar begeesterend qua stijl en presentatie ! Dan krijg je
vat op je publiek en kan je leerlingen en nieuwkomers leren denken en spreken
met de canon als voorzet ! Leer ze argumenteren i.p.v. ik zie dat zus, ik
voel dat zo. Niet iedereen zal mee zijn of mee kunnen, dat is geen reden om
de lat niet hoog te leggen. Mijn onderwijservaring leerde dat je zelfs
moeilijke boeken toegankelijk krijgt door een doordachte aanpak, die
belangstelling en vervolgens honger wekt. Leerlingen en studenten op de tippen
van de tenen doen lopen en hun voldoening dat ze het aankunnen, heerlijk.
9.goed Nederlands ! De
geschreven taal van de auteur van de startnota Bart De Wever is goed, beter dan
die van zijn collega’s uit de vorige generatie : Willy Claes, Willy Declerck,
of, godbetert, Herman De Croo. Maar het kan altijd beter, want middelmatigheid,
dat wil Bart niet ! Laten we dus komaf maken met op het vlak van, een
traject starten voor een nieuw museum, iemand zijn statuut, werkzaamheid, jobs,
zodanig dat, alsook, excellentie, uitbetalingsactor, dat soort dingen. En
vertaald Frans en Engels vermijden, loyauteit (=loyaliteit) en paradigmashift
(=paradigmasprong).
10.ten slotte : wie moet
het doen ? Bart Van Loo ! Hij voldoet aan alle voor de hand liggende maatstaven
: historisch onderlegd, eruditie, onafhankelijkheid, gewogen aanpak,
didactische kwaliteit, een vlotte pen. Een commissie daarentegen, die dan uiteraard
politiek evenwichtig moet worden samengesteld, is een barslecht idee, goed om
de canon meteen een eersteklas begrafenis te geven. Goed, naderhand mogen
vakhistorici suggesties tot verbetering doen, omissies en onevenwichten
aanwijzen, maar onze geschiedenis is niet hun eigendom.
Gezien mijn maatstaven is
de realisatie van een Vlaamse canon zo goed als onhaalbaar, dat had u al in de
smiezen. Misschien sneuvelt de idee zelf al bij de Vlaamse regeringsvorming. Dat
zou geen ramp zijn. Immers, als deze opstoot van informateur Bart De Wever zou
leiden tot meer volgehouden aandacht voor een betere historische vorming van de
jeugd en tot meer publieke betrokkenheid van historici - jazeker heren Van
Nieuwenhuyse en Bruno De Wever - zou een ferme stap richting bewuste identiteit
worden gezet. Dan zou een canon zelfs overbodig worden.
Hard feit is dat we
instrumenten nodig hebben om de gemeenschap uit te dragen in ons extreem
individualistische leefcultuur. Dat geldt zowel voor Vlamingen van afkomst als voor
nieuwe Vlamingen. Een geschiedeniscanon is daartoe een instrument.
Noten :
(1):Vries, J. De,
Een nieuwe canon. Wie zijn we ? , Groene Amsterdammer, 13/06/2019.
(2):De terugkeer van
Europa, diverse auteurs, Nexus Instituut, 2015.
(3):Blockmans, W.,
Karel V, Omniboek, 2000 en 2017.
(4):Loo, B. Van, De
Bourgondiërs, De Bezige Bij, 2019.
(5):Loo, B. Van,
Napoleon, De Bezige Bij, 2014.
Herman van Schoten, Schoten, België, 20/09/2019.
Alle rechten voorbehouden :
vanschotenherman@gmail.com.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten