Translate

310. IK KAN GOED ALLEEN ZIJN!

 

Ik kan goed tegen alleen zijn, sprak tennisster Elise Mertens, toen haar erom gevraagd werd. Dat moet je inderdaad kunnen in een beroep, waarbij je grote delen van het jaar onderweg bent, vliegtuig in vliegtuig uit, hotel in hotel uit. Het is een voordeel, verklaarde ze, er zijn meisjes die er niet tegen kunnen, hun prestaties lijden eronder. 


Professionele sport is alleen zijn en weinig thuis. Ik kijk bijvoorbeeld met bewondering naar de Noorse wielrenner Alexander Kristoff, 35 jaar, die het hele seizoen als een nomade van wedstrijd naar wedstrijd trekt, altijd ver weg van zijn land. En hij blijft maar presteren, laatst nog won hij de Scheldeprijs in Schoten en ja, dat is een referentie, toch?! En de Colombiaanse renners Urán, Higuita, Chaves, Martínez en Quintana, nog veel verder van huis. Maar de Colombianen komen voor een beperkte tijd naar Europa, voor de grote rondes en vliegen dan weer terug naar huis.  


Internationale managers en diplomaten zitten er ook mee. Het kan aangenaam en spannend lijken, de wereld rond te reizen voor je werk. Maar als je ergens in een ver oord voor drie jaar gedropt bent, moet het toch wel eens knagen. Stel je voor, enkele jaren in Havana, Hanoi, New Delhi, Caïro, Dhaka, Tunis, Belize, Islamabad, Quito, dan moet je haar op de tanden hebben. En stel je voor dat je daar ook nog zonder partner zit en zonder kinderen! Het langst dat ik ooit alleen weg was, was een maand Lissabon en dat vond ik meer dan genoeg.  


Het heeft met je karakter te maken. Er zijn mensen die bewust emotioneel eenzaam zijn, zij hebben geen partner nodig. Niets belet hen echter om een vriendenkring uit te bouwen, zodat ze niet ook sociaal eenzaam zijn. Je hebt ten slotte ook nog affectief eenzamen, dat zijn mensen voor wie anderen niet zoveel betekenen. Het kan zowel een keuze als een ervaren gemis zijn. Er is nochtans geen wetenschappelijk onderzoek nodig om in te zien dat maar weinig mensen lang alleen kunnen zijn. Mensen zijn sociale wezens, wordt gezegd, maar de genoemde sportmannen en -vrouwen getuigen eerder van het omgekeerde. Je hebt inderdaad ook Einzelgangers, eenzaten, solisten. Zij hebben minder contact nodig en komen wel eens als minder sociaal over, maar je moet er verdomd karakter voor hebben, sterk staan om het te kunnen. Hun voordeel is dat ze minder compromissen moeten sluiten. En wie alleen is, heeft ook tijd om  tot zichzelf te komen en zich helemaal toe te leggen op werk of studie of een vrijetijdsbesteding. In deze betekenis zijn sociale mensen eerder zwak! 


In een relatie kan het opspelen. Als de een leeft van sociale contacten en de ander genoeg heeft aan alleen met zijn tweetjes, dan kan het spannen. We kennen een stel, waarvan zij er prat op gaat wel 100 vrienden te hebben, terwijl hij liever op zijn zolder schildert. Toch zijn ze samen gebleven. Hij gaat soms spontaan mee, zij sleurt hem niet mee. De een is naar buiten gericht, de ander naar binnen. 


Zijn introverte mensen contactschuw? Het lijkt erop, maar het ene heeft met het andere weinig te maken. Introverte mensen overleggen bij zichzelf vooraleer ze naar buiten treden. Ze graven wat dieper, zoeken het podium niet op, maar leggen rustig hun contacten. Ze zullen natuurlijk nooit aan 100 vrienden geraken, de kwaliteit van het contact is elementair. Gezien het geroep en gebral van vandaag kan de introverte medemens een rustpunt betekenen. Maar introvert en extravert samen kan ook spanningen geven, net zoals bijvoorbeeld ochtendmens en avondmens samen. Hopelijk ontdek je het voor je gaat samenwonen! 


In datingprogramma’s komt het wel eens aan bod, maar vele kandidaten hebben er nog niet aan gedacht. Ze kunnen het natuurlijk afleiden uit de vrijetijdsbesteding van de ander. Dansen en voetballen zijn van een andere orde dan turnen, duiken of viool spelen. 


Alleen zijn was het wezenskenmerk van de katholieke priester. Hij moest zich houden aan het celibaat, een goddelijke opdracht. Maar was dat ook zo? Petrus was de opvolger van Jezus en een getrouwd man. Hij schreef: het is beter te trouwen dan van begeerte te branden. Maar in 325 mochten priesters niet meer trouwen want seks was een zonde, die afleidt van een goed leven. Augustinus schreef in 401 dat niets zo afleidt als de streling van een vrouw. Sprak hij uit ervaring? In 1139 werd een kerkelijke wet aangenomen, dat een geestelijke niet getrouwd mocht zijn, zonder meer, dus kon een getrouwd man geen priester meer worden. Je kan er ook een cynische kanttekening bij maken. Door dit verbod gingen erfenissen immers naar de Kerk. Desondanks waren er pausen met een minnares, met kinderen en met een homoseksuele relatie. Het was en is dus allemaal nogal schijnheilig. Ik heb priesters gekend, die van eenzaamheid niet wisten wat te doen, sommigen stortten zich fanatiek op liturgie en gebed, anderen op hun meid en weer anderen ontsnapten als missionaris naar Congo, waar ze hun dadendrang konden uitleven. 


Alleen zijn lijkt populair, gezien het hoge aantal alleenstaanden. Het is meer dan waarschijnlijk tegen wil en dank. Echtscheidingen leiden mensen naar een bestaan alleen. Het vroegere woordgebruik gebroken huwelijk geeft goed hun gemoedstoestand weer. Wie zich eindelijk vrij voelt na een echtscheiding vindt zichzelf een tijdje later wellicht vrij eenzaam terug. En als de kinderen het huis uit vliegen, tegenwoordig ook naar andere werelddelen, blijven de ouders achter. Vervolgens overlijdt de ene en blijft de andere alleen over. 


Alleen zijn is ook wel een bijproduct van welvaart en ego-cultuur. Mensen hebben tegenwoordig nogal wat noten op hun zang. Op zijn Vlaams: die heeft nogal complimenten. Als de ander er niet langer bij past, dan is dat jammer, afdanken en op naar de volgende. Therapeute Rika Ponnet ziet het in haar praktijk: jonge koppels gaan voor het minste uiteen. Hebben ze geen ruggengraat of is het een kwestie van egocentrisme, wat je bij de jeugd van vandaag inderdaad wel meent te zien? Een zekere jeugd leeft nu, vandaag, en wat daar niet direct bij past, wordt afgestoten. De alom woekerende reclame jaagt hen op, nieuw nieuw nieuw en jij jij jij, elke dag weer. Er is ook een andere, bedachtzame jeugd, natuurlijk wel.  


De maatschappij zou zich het grote aantal alleenstaanden moeten realiseren en een voorziening treffen in fiscale zin! De alleenstaande wordt fiscaal gediscrimineerd door het zogenaamde huwelijksquotiënt. Waarom betaalt de alleenstaande meer belasting terwijl zijn basisvoorzieningen als huisvesting en energie vrijwel dezelfde zijn als die van gehuwden en samenwonenden?  


Alleen zijn, het lijkt een contradictie in de zogenaamde communicatie-maatschappij. Passagiers van het openbaar vervoer sluiten zich af met hun mobieltje, ze staan niet open voor hun medereizigers, terwijl kennis maken met een onbekende toch prettig kan zijn. Zij communiceren digitaal of virtueel of spelen een spelletje. Maar echte contacten, ho maar. Oude ontmoetingsplekken zoals café of dancing hebben aan belang ingeboet, waar vind je nog een gelijkgestemde? Vrijwilligerswerk en sport zijn nog een goede manier om mensen te leren kennen. Je moet wel uit je kot komen natuurlijk. 


Herman praat met iedereen, wordt van mij gezegd. Ik heb er behoefte aan. Het is zelfs een onderdeeltje van vakantie, met andere mensen praten kleurt mijn dag. Daarom ga ik minder graag naar landen, waarvan ik de taal hoegenaamd niet beheers. Toch ben ik niet uitgesproken extravert, er zit bij mij ook een naar binnen gekeerde, bedachtzame kant aan, gekenmerkt door vraagtekens plaatsen en de wil om door te denken voorbij de consensus. Helaas wordt vooral naar schreeuwers geluisterd.   


Ik kan niet goed tegen alleen zijn. En met Elise Mertens zou ik moeilijk kunnen accorderen. 


Herman van Schoten, Schoten, België, 01/09/2022.

Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten