Translate

27. KUNST IN NEDERLAND.

Waarom ga je naar Arnhem ? Het is geenszins een Europese cultuurstad die altijd al op je lijstje stond. Toch is Arnhem de moeite, bij voorbeeld op doorreis. Dan verrast ze door haar ligging, haar cultuur, haar uitgaansleven. De ligging aan de Rijn is niet alleen mooi, er straalt een zekere klasse vanaf. Er is een nieuw Centraal Station, dat Arnhem wil opstuwen in de moderniteit. Er is de geschiedenis natuurlijk, de brug te ver. En de restaurants rondom de Korenmarkt. We zijn er op een warme zomeravond en bovendien op 31 augustus. De terrassen in de binnenstad zitten tjokvol, de warme lucht tintelt van leven. Studenten zijn groepsgewijs op stap. De Beef & Lobster Bar aan de Jansplaats nodigt uit met een aantrekkelijke kaart en een ruim terras. De meisjes van de bediening zijn jong en enthousiast. Of we tekst en uitleg willen bij de kaart ? Natuurlijk willen we dat, al was het alleen maar om haar even energiek bezig te zien. Het restaurant is goed, stijgt in elk geval uit boven de populaire hap, die hier in het centrum regeert. Vanop zo’n terras zie je wat aan je oog voorbijkomen ! Jong en oud, gezinnen, fietsers en ze hebben allemaal iets gemeenschappelijks : vrij en ongedwongen ! Dat vanzelfsprekende zelfbewustzijn is aanstekelijk om te bekijken. Nederlanders zullen het, nou ja, gewoon vinden, toch ?! Mijn echtgenote vraagt me wat het verschil is met een gelijkaardig terras in Frankrijk. Ik weet gelijk wat ze bedoelt : stijl. Wat we ook aan kritiek hebben op die hooghartige Fransen met hun onmogelijke middagsluiting en ook anderszins formalistisch en op meerdere punten achter gebleven, stijl, dat hebben ze zeker !
Kunst in Arnhem is natuurlijk het Kröller-Müller museum. Het is prachtig gelegen in de natuur. Het is perfect georganiseerd. De kunstwerken zijn van wereldklasse. Het museum oogt licht en luchtig met een centrale gang, waarlangs kapelletjes uitspringen met kunst aan de muur. En vanaf de parking rijd je er met een gratis fiets over 2,5 km. naartoe, over de heide ! Het museum is aangenaam van opzet. Geen donkere zalen, geen elkaar verdringende kunstwerken en - gelukkig - ook geen modieus interactief gedoe. De verzameling is indrukwekkend, ik onthield in de gauwte Van Gogh, Mondriaan, Giacometti, Cranach, Léger, Cézanne, Gris, Van de Velde, Ensor, Picasso, Van Doesburg, De Chirico, Nieuwenhuis en anderen. Van Gogh heeft hier zijn thuisbasis. Grote klasse, maar niet voor ons. Als je onderscheid weet te maken tussen groot vakmanschap en persoonlijke voorkeur, dan kan je die grote kunst toch smaken. Maar je moet het niet mooi vinden omdat het officiële kunst is. Wat ik wel onthoud is bijvoorbeeld de Mata Hari van Israël, omwille van het thema. En de toren van Babel van Van Cleef, zou die niet geschikt zijn als achtergrond voor de blog, waaraan ik werk ?! Maar als ik mocht kiezen voor mijn interieur, dan zou de keuze vallen op : 1. Georges Valmier, Stilleven in geometrische vormen I, 2. Georges Valmier, Stilleven in geometrische vormen II, 3. Mondriaan, Compositie 10 in zwart-wit. 

Op naar de museumwinkel ! Helaas, het overvriendelijke meisje leeft met me mee. Geen boek over Valmier, zelfs geen prentkaart…De beeldentuin vormt een bijzondere afsluiting van het bezoek. Prachtige beelden in een ruime, aangename tuin. Wat een museum, hier midden op de Veluwe ! Vandaag was het een rustige dag, over een gans jaar verwelkomt men hier 400.000 bezoekers ! Op de fiets terug : cultuur en natuur gecombineerd ! Met het hoofd in de wolken sukkel ik van het fietspad, de zompige hei in.
Schoonheid ! Het esthetische is toch de essentie ! Dieren herkennen geen schoonheid, mensen wel. Sommige mensen dan, want opwinding, lawaai en afleiding zijn massale prikkels geworden, die verslaving aan de snelle bevrediging bieden, kortstondig zodat weer snel een andere prikkel nodig is. De fietsenstalling komt in zicht, jammer, want het was wel zo leuk. 
Een lange doorsteek brengt je helemaal naar het noorden, naar Bad Nieuweschans. Daar woont Johan De Vries, meester-glasblazer. Een kunstenaar voor wie je de verre verplaatsing maakt. Hij woont in zo’n klassieke herenboerderij : frontaal een indrukwekkend woonhuis en erachter, in dit geval ernaast, de schuren. Zo zijn er vele boerderijen hier in de streek tussen Groningen en de Duitse grens. Ze dateren van de tijd van de rijke graanboeren. Zo omstreeks 1925 kwam er de klad in, door massale import van Russisch en Amerikaans graan. De kolossale boerderijen bleven staan. Nu zijn de boeren ook nog wel rijk, daar niet van. Het verschil zit hem in de middelen. Het geld van de boer zit nu in zijn grond ! De kunstenaar is een bedachtzaam, wijs en enigszins melancholisch mens. Het leven heeft hem beproefd. Zijn eveneens getalenteerde echtgenote Tanja de Heus, vermaard om haar glaspanelen, bezweek aan de beruchte ziekte van deze tijd. Hij is een volwassen glasblazer nu en bekent hoe hij zich daarbij voelt. Het is als met vele dingen, hij heeft zovele jaren oefening achter de rug, dat het vanzelf gaat. Hij bedoelt, zonder nadenken en zonder forceren, want werken geblazen blijft het. Het is als met viool spelen, na jaren van oefening geeft dat instrument zich over, er is een stille vennootschap ontstaan tussen materie en kunstenaar. Ik herken het gevoel. Met schrijven is dat net zo, ik zet me achter mijn klavier en de woorden stromen op het scherm, het is schrappen en schrappen geblazen want de woordenvloed stopt niet. Maar glas blazen is toch wat anders en zeker in dit geval. Johan is een aparte glasblazer, hier in Vlaanderen zou men zeggen : het is een speciale ! Hij combineert asymmetrische vormen met kleur. In dat opzicht heb je twee soorten liefhebbers : symmetrisch in vorm en kleur en asymmetrisch. De symmetrischen vind je meer bij aanhangers van strak design en zo, de asymmetrischen bij bewonderaars van moderne schilderkunst. Hoe raadt hij het ! Hoewel wij ook wel van design houden, duidelijk, maar je moet dat design wel een handje helpen. Zonder wat kunst of kunstzinnige voorwerpen eromheen blijft design koel en vooral koud. Design is van zichzelf minimalistisch, onderkoeld, onpersoonlijk. Je moet er tegen kunnen, het vergt wat van je incasseringsvermogen. Maar een huis in design wordt pas een thuis door de persoonlijke toets. Bij andere meubelstijlen is dat niet nodig, die bieden zelf een surrogaat zingeving.
Die kleuren van onze kunstenaar, dat is een geval apart. Tot voor 20 jaar lukte het nauwelijks om bepaalde kleuren in het glas te smelten. Ze hebben een verschillende dichtingscoëfficiënt. Pas de laatste jaren kan je kleurstaven of kleurkorrels kopen met een min of meer gelijke dichtingsgraad als het glas. Rood blijft een lastige kleur om te verwerken, het neigt naar uitslaan tot bruin. Bij pottenbakkers hoorden we diezelfde opmerking ! De glazen siervoorwerpen van Johan De Vries zijn hoogstpersoonlijk. Hoe mooi strak, wit glas ook zijn kan, zelfs ook op industriële schaal vervaardigd, hier spreekt een echte kunstenaar als was het een muziekstuk of een gedicht.
Wie ik hopelijk nieuwsgierig heb gemaakt, zou natuurlijk een kleine bedevaart naar Bad Nieuweschans kunnen ondernemen. Daar staan, of beter stonden, tientallen en tientallen voorwerpen tentoon, vooral lage en brede schalen, het is schitterend. Maar helaas, de kunstenaar houdt het voor bekeken in Nederland. Hij is verhuisd naar Normandië.
Op de terugweg doen we opnieuw Arnhem aan : Burger’s Zoo ! Een bezoek waard als je in de buurt bent.
Terug thuis genieten we van de aanblik van onze asymmetrische schaal in langs elkaar fonkelende kleuren, die wachten op het daglicht en op de zon om als het ware in vuur en vlam te schieten. Er zit zwier in, je zou gaan dansen. Het is heerlijk beheerst onbeheerst. Het geeft meteen jus aan je dag.
Die dan nog moet beginnen !

Herman van Schoten, Arnhem, Nederland, 02/09/2016.
alle rechten voorbehouden : Herman van Schoten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten