Ik weet nog precies waar het gebeurde. In Olivalmar, een uitstekend restaurant in Armação de Pêra, Portugal, op zondagmiddag goed gevuld met toeristen. Portugezen zag je niet, zelfs maar deels in de bediening. Ze hadden twee nieuwe obers aangetrokken, een Indiër en een die lastig thuis te brengen was, maar buitenlands en in elk geval identificeerbaar aan enorme tattoos op een arm, het leek er niet op. Ze spraken beiden Engels.
Dienst niet inbegrepen! Dat zei die getatoeëerde, toen hij kwam afrekenen. De Schotse vriend in ons gezelschap haalde een bankbiljet tevoorschijn en legde het uit: bij ons in het VK is dit meer en meer het geval. Het is zoals in Amerika: het personeel verdient alleen aan de fooien, die samengelegd worden in een gezamenlijke pot.
Hij had betaald, ik kon er op dat moment moeilijk een punt van maken. Ik had willen zeggen: wij zijn hier niet in Amerika, als je geld wil, vraag het je baas! Waarop mijn echtgenote met zekerheid zou gereageerd hebben: hier komen we nooit meer.
Het zal meer en meer in zwang komen, je kan er donder op zeggen. Is het erg? Is het een artikel waard? Ja, wis en waarachtig!
Ik ben verontwaardigd en haal het scalpeermes erbij om de onzin en onaanvaardbaarheid ervan aan te tonen.
Ten eerste de benaming: drinkgeld en fooi. Het gaat dus niet om loon, maar om een extraatje. De personeelskosten zijn trouwens al doorgerekend in de prijzen aan de klant. Als de bazen willen dat de klanten hun personeel betalen, dan moeten zij hun prijzen fors laten dalen! En dan zijn die klanten werkgever en behoren zij sociale lasten te betalen en aan te sluiten bij een daartoe voorziene kas, ja toch?! En dan mag je ook je eigen personeel meebrengen, logisch! Het is met andere woorden klinkklare onzin. Men wil er gewoon een extra slaatje uit slaan. Dat het personeel mogelijk de dupe is, gaat de klant niet aan, dat zij naar hun vakbond gaan.
Ten tweede de symboliek. Het is een zoveelste uiting van dat verderfelijke amerikanisme, dat overal is ingeslopen. Het is de mentaliteit: de klant bestaat niet meer, het is kopen en wegwezen en klantjepluk. Je ziet het aan zovele aspecten. Slijtage bijvoorbeeld is geprogrammeerd en garantie bestaat nog op papier, maar als je er een beroep op doet, klinkt het dat het gevraagde wisselstuk niet meer gemaakt wordt. En in de digitale wereld wordt je toestel na 7 jaar niet meer ondersteund. En nu dus dat drinkgeld, het draait alleen nog om geld geld geld. En de media hebben hun antenne notabene afgestemd op die cowboys. We worden zelfs warm gemaakt voor Halloween en Black Friday.
Ten derde Europa. Men heeft de mond vol van dure Europese waarden, in de praktijk laat men over zich heen lopen door de Amerikanen. NAVO-baas Rutte die Trump daddy noemt, de Britse en Nederlandse koning die de loper voor deze president uitleggen. Men kruipt Trump in de kont en men vindt dat slijmen slim is. Men maakt geen vuist, men onderwerpt zich.
Ten vierde de diepe oorzaak. We zijn gestaag het Amerikaanse maatschappijmodel aan het invoeren. Alles voor en om geld, afbouw sociale bescherming. Weg met het Europese Rijnlandmodel, iedereen moet voor zichzelf zorgen in een opbod van allen tegen iedereen. Men laat politici verkiezen, die stap voor stap ons sociaal systeem ontmantelen: De Wever en Bouchez in België, Rutte en Jetten in Nederland. We stemmen dus op lui, die ons feest laten vieren boven op de vulkaan, zolang het nog kan, maar hun agenda is alarmerend. Ze bouwen de welvaartsstaat in stilte af en men praat de bevolking argumenten aan die ze toch moet begrijpen: de staatsschuld en de internationale concurrentie met name. Men noemt dit democratie, het is particratie in opdracht van het Grote Kapitaal, dat haar orders uitdeelt op de jaarlijkse politiek-economische hoogmis in Davos.
De oorlog in Oekraïne heeft de afhankelijkheid van de Amerikanen onder de volle aandacht gebracht. Europa was niet voorbereid op de oorlog in Oekraïne, ofschoon de bezetting van de Krim reeds in 2014 plaatsvond. Maar wakker schieten was er niet bij. Men is zelfs 20 jaar of langer bezig geweest om de Europese legers te ontmantelen. Nu komt de waarheid als een dreun naar binnen: wij moeten onszelf gaan bedruipen. Al die lange jaren na de tweede wereldoorlog scholen wij onder de Amerikaanse defensieparaplu en we hielden de vriendschap hoog in het vaandel, daarom net! Nu pas blijkt hoe onmachtig we zijn, we kunnen ons niet teweerstellen en we moeten daddy zeggen.
Ten vijfde de oplossing. De burger wil geen oplossing, hij wentelt zich in de (toegestane) luxe. Kijk naar zijn gedrag in de openbare ruimte, naar het massatoerisme, stel vast hoeveel sportbonden in zeer verre landen aan geldverslindende kampioenschappen meedoen op kosten van de belastingbetaler of van fiscaal vrijgestelde sponsorgelden. Zie de kost van de om zich heen grijpende reclame, waardoor de prijzen in de supermarkt altijd maar weer moeten stijgen. Stel vast hoe overheden (zeker in België) met het geld van de burger omgaan. Samengevat: een kolossale verkwisting van middelen.
De politieke partij, die de burger zou waarschuwen voor de genotscultuur, zou met zekerheid niet één zetel halen, de tijd van het vermanende vingertje vanaf de kansel over zelfgenoegzaamheid is voorbij, het is feest voor (bijna) iedereen. In het rijk van de genotscultuur is er geen plaats voor matigheid(1). Het probleem is bijgevolg onoplosbaar, men wil het niet weten. In de marge ploeteren politieke partijen als de Belgische Partij van de Arbeid verder tegen de wind in, maar ze zullen nooit in een regering worden toegelaten. Het is de overwinning van het neoliberalisme, in mensentermen vertaald: extreem egoïsme van zij die hebben tegenover zij die niet hebben.
Het drinkgeld/de fooi is er een symbool ervan. Ik voelde me geschoffeerd.
Noot:
(1): naar Cicero: Als begeerte de overhand heeft, is er geen plaats voor matigheid. In het rijk van genot houdt deugd onmogelijk stand, De kunst van het oud worden, Athenæum/Polak en Van Gennep, 2008.
Herman van Schoten, Armação de Pêra, Portugal, 03/11/2025.
Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com.
Ik weet nog precies waar het gebeurde. In Olivalmar, een uitstekend restaurant in Armação de Pêra, Portugal, op zondagmiddag goed gevuld met toeristen. Portugezen zag je niet, zelfs maar deels in de bediening. Ze hadden twee nieuwe obers aangetrokken, een Indiër en een die lastig thuis te brengen was, maar buitenlands en in elk geval identificeerbaar aan enorme tattoos op een arm, het leek er niet op. Ze spraken beiden Engels.
Dienst niet inbegrepen! Dat zei die getatoeëerde, toen hij kwam afrekenen. De Schotse vriend in ons gezelschap haalde een bankbiljet tevoorschijn en legde het uit: bij ons in het VK is dit meer en meer het geval. Het is zoals in Amerika: het personeel verdient alleen aan de fooien, die samengelegd worden in een gezamenlijke pot.
Hij had betaald, ik kon er op dat moment moeilijk een punt van maken. Ik had willen zeggen: wij zijn hier niet in Amerika, als je geld wil, vraag het je baas! Waarop mijn echtgenote met zekerheid zou gereageerd hebben: hier komen we nooit meer.
Het zal meer en meer in zwang komen, je kan er donder op zeggen. Is het erg? Is het een artikel waard? Ja, wis en waarachtig!
Ik ben verontwaardigd en haal het scalpeermes erbij om de onzin en onaanvaardbaarheid ervan aan te tonen.
Ten eerste de benaming: drinkgeld en fooi. Het gaat dus niet om loon, maar om een extraatje. De personeelskosten zijn trouwens al doorgerekend in de prijzen aan de klant. Als de bazen willen dat de klanten hun personeel betalen, dan moeten zij hun prijzen fors laten dalen! En dan zijn die klanten werkgever en behoren zij sociale lasten te betalen en aan te sluiten bij een daartoe voorziene kas, ja toch?! En dan mag je ook je eigen personeel meebrengen, logisch! Het is met andere woorden klinkklare onzin. Men wil er gewoon een extra slaatje uit slaan. Dat het personeel mogelijk de dupe is, gaat de klant niet aan, dat zij naar hun vakbond gaan.
Ten tweede de symboliek. Het is een zoveelste uiting van dat verderfelijke amerikanisme, dat overal is ingeslopen. Het is de mentaliteit: de klant bestaat niet meer, het is kopen en wegwezen en klantjepluk. Je ziet het aan zovele aspecten. Slijtage bijvoorbeeld is geprogrammeerd en garantie bestaat nog op papier, maar als je er een beroep op doet, klinkt het dat het gevraagde wisselstuk niet meer gemaakt wordt. En in de digitale wereld wordt je toestel na 7 jaar niet meer ondersteund. En nu dus dat drinkgeld, het draait alleen nog om geld geld geld. En de media hebben hun antenne notabene afgestemd op die cowboys. We worden zelfs warm gemaakt voor Halloween en Black Friday.
Ten derde Europa. Men heeft de mond vol van dure Europese waarden, in de praktijk laat men over zich heen lopen door de Amerikanen. NAVO-baas Rutte die Trump daddy noemt, de Britse en Nederlandse koning die de loper voor deze president uitleggen. Men kruipt Trump in de kont en men vindt dat slijmen slim is. Men maakt geen vuist, men onderwerpt zich.
Ten vierde de diepe oorzaak. We zijn gestaag het Amerikaanse maatschappijmodel aan het invoeren. Alles voor en om geld, afbouw sociale bescherming. Weg met het Europese Rijnlandmodel, iedereen moet voor zichzelf zorgen in een opbod van allen tegen iedereen. Men laat politici verkiezen, die stap voor stap ons sociaal systeem ontmantelen: De Wever en Bouchez in België, Rutte en Jetten in Nederland. We stemmen dus op lui, die ons feest laten vieren boven op de vulkaan, zolang het nog kan, maar hun agenda is alarmerend. Ze bouwen de welvaartsstaat in stilte af en men praat de bevolking argumenten aan die ze toch moet begrijpen: de staatsschuld en de internationale concurrentie met name. Men noemt dit democratie, het is particratie in opdracht van het Grote Kapitaal, dat haar orders uitdeelt op de jaarlijkse politiek-economische hoogmis in Davos.
De oorlog in Oekraïne heeft de afhankelijkheid van de Amerikanen onder de volle aandacht gebracht. Europa was niet voorbereid op de oorlog in Oekraïne, ofschoon de bezetting van de Krim reeds in 2014 plaatsvond. Maar wakker schieten was er niet bij. Men is zelfs 20 jaar of langer bezig geweest om de Europese legers te ontmantelen. Nu komt de waarheid als een dreun naar binnen: wij moeten onszelf gaan bedruipen. Al die lange jaren na de tweede wereldoorlog scholen wij onder de Amerikaanse defensieparaplu en we hielden de vriendschap hoog in het vaandel, daarom net! Nu pas blijkt hoe onmachtig we zijn, we kunnen ons niet teweerstellen en we moeten daddy zeggen.
Ten vijfde de oplossing. De burger wil geen oplossing, hij wentelt zich in de (toegestane) luxe. Kijk naar zijn gedrag in de openbare ruimte, naar het massatoerisme, stel vast hoeveel sportbonden in zeer verre landen aan geldverslindende kampioenschappen meedoen op kosten van de belastingbetaler of van fiscaal vrijgestelde sponsorgelden. Zie de kost van de om zich heen grijpende reclame, waardoor de prijzen in de supermarkt altijd maar weer moeten stijgen. Stel vast hoe overheden (zeker in België) met het geld van de burger omgaan. Samengevat: een kolossale verkwisting van middelen.
De politieke partij, die de burger zou waarschuwen voor de genotscultuur, zou met zekerheid niet één zetel halen, de tijd van het vermanende vingertje vanaf de kansel over zelfgenoegzaamheid is voorbij, het is feest voor (bijna) iedereen. In het rijk van de genotscultuur is er geen plaats voor matigheid(1). Het probleem is bijgevolg onoplosbaar, men wil het niet weten. In de marge ploeteren politieke partijen als de Belgische Partij van de Arbeid verder tegen de wind in, maar ze zullen nooit in een regering worden toegelaten. Het is de overwinning van het neoliberalisme, in mensentermen vertaald: extreem egoïsme van zij die hebben tegenover zij die niet hebben.
Het drinkgeld/de fooi is er een symbool ervan. Ik voelde me geschoffeerd.
Noot:
(1): naar Cicero: Als begeerte de overhand heeft, is er geen plaats voor matigheid. In het rijk van genot houdt deugd onmogelijk stand, De kunst van het oud worden, Athenæum/Polak en Van Gennep, 2008.
Herman van Schoten, Armação de Pêra, Portugal, 03/11/2025.
Alle rechten voorbehouden: vanschotenherman@gmail.com.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten