Translate

74. KIJK NAAR MIJ.

Kijk naar mij, ontwaakte de wakkere dag,
en ik zal een onvoorzienbaar avontuur voor je verzinnen.

Kijk naar mij, floot de vrolijke vogel,
en ik zal een alleraardigste aria voor je kwelen.

Kijk naar mij, woei de wolk in de wind,
en ik zal een grillige archipel voor je weven.

Kijk naar mij, murmelde de zachte zee,
en ik zal een badje voor je pootje golven.

Kijk naar mij, ruiste het rustige riet,
en ik zal boven je hoofd een dak voor je dekken.

Kijk naar mij, bloosde de blije bloem,
en ik zal een geurig bouquet voor je kleuren.

Kijk naar mij, sliep de nare nacht,
en ik zal een donkere droom voor je onthullen.

Kijk niet naar mij, zei zij,
anders word jij mijn hij.

Luc Mermuys.


Een vrij onbekende dichter, die, naar ik achterhaalde, hier en daar optreedt en zelfs een paar prijzen in de wacht sleepte. Tevergeefs zocht ik naar een officiële uitgave. Wie is hij ? Wel, ik ben vereerd want hij is een abonnee van dit blogboek ! Maar veel kom je niet te weten. De man zoekt de publiciteit niet. Hij is bescheiden, zoals het een dichter past.  

Dit gedicht is een vluchtheuvel in het jachtig bestaan. Onze tijd raast voort en lijkt de behoefte aan rust en beschouwing te hebben verbannen. De woorden voor deze tijd zijn prestatie en  afleiding. Nochtans, ook voor de niet-beschouwende, doenende mens kan een rustpunt welkom zijn. Poëzie biedt dat aan.

Dit gedicht is toegankelijk en dat is een compliment. Mijn kast is te zeer gevuld met hermetische gedichten, melancholische spinsels, hoogstpersoonlijke belijdenissen, academische hoogstandjes, die je een keer vastpakt en weer terugzet. Er zijn erkend grote dichters bij, zoals Nolens, die respect verdient, maar voor wie je eerst zelf rust en ruimte nodig hebt.  

Dit gedicht biedt dat aan, die rust en ruimte. Het is weldadig. 

Toch is het geen oppervlakkig niemendalletje. Toegankelijkheid is geen synoniem van snelle consumptie en snel voorbij. We hebben dichters van dit kaliber nodig. Om het gejakker en gejaag te breken, op een uitnodigende manier en met enig niveau. Onwillekeurig denk ik aan Neeltje Maria Min ! Ze werd beroemd met 1 gedicht : voor wie ik liefheb wil ik heten. Een ander soort poëzie, tuurlijk, maar een gemeenschappelijk kenmerk : poëtische fond èn toegankelijkheid !

Dit gedicht schrijf je niet als je pakweg 25 bent. De dichter is met zekerheid een ontwikkeld en belegen persoon, met dozijnen dichtbundels in zijn boekenkast, dat moet haast wel. Hij heeft bestudeerd hoe je dat doet. Je proeft er een verre echo van Paul Van Ostayen in, al kan dat ook aan mij liggen. Het gedicht is rationeel van opbouw. Een populaire opvatting van poëzie is dat het direct op het sentiment moet inwerken. Iemand zei me ooit : Fernando Pessoa, dat is toch filosofie in versvorm ! De spreker snapte er niks van. De rationele opbouw verhindert het gevoel niet, het wordt erdoor opgebouwd ! Dit gedicht is noch sentimenteel noch uit op goedkoop effect. Bovendien is het een ode aan de Vrouw.

Is dit een groot gedicht ? Deze vraag is een valkuil van jewelste. Groot wordt als synoniem aanzien voor bekend, opgenomen in een canon, geconsacreerd door de literaire kritiek, goedgekeurd door Gerrit Komrij. Deze auteur neemt afstand van zichzelf, laat het thema op zich inwerken en weet hoe je er vaktechnisch aan begint. Objectief zit het snor. Als het u nu ook nog raakt, ja, dan is het groot !
Dit gedicht verwacht je niet in de boekskes. Maar op tv als vervanger van al die zoutloze banners, of na het weerbericht, of op straat op de zijgevel van een smal en hoog gebouw bij het binnenrijden van een stad, ja !

Herman van Schoten, Schoten, België, 15/08/2017.
alle rechten voorbehouden :
-voor het gedicht : l.mermuys@quicknet.nl ;

-voor de commentaar : vanschotenherman@gmail.com .

Geen opmerkingen:

Een reactie posten