Translate

116. KOMMEN SIE DOCH MAL REIN !

Idar-Oberstein ligt zo’n 50 km. het binnenland in, weg van de Moezel. Het is een gemeente met twee gezichten. Twee dorpen die bestuurlijk zijn samengevoegd. Idar is het centrum van de edelsmeedkunst, Oberstein heeft een enigszins spectaculaire ligging in een smal dal tegen een steile berg aan, waartegen de Felsenkirche is gebouwd, een fraai gezicht. Al een heel eind voor je het stadje bereikt, beginnen de edelsteinschleifereien. Het is traditie, het vakmanschap is er nog, al zijn de lokale vindplaatsen uitgeput. De stenen komen zowat van over de hele wereld, maar vooral uit Brazilië, Namibië en Afghanistan. 

Heinz-Georg Becker van de winkel Prologue Fine Arts GmbH staat in zijn deuropening en wenst Guten Morgen. We kijken in zijn etalage en aarzelen. De kunstenaar wacht af, bespringt ons geenszins met verleidelijke voorstellen, maar verstaat waarschijnlijk ons Nederlands, waarop hij vriendelijk reageert : kommen Sie doch mal rein !  Dat doen we en we staan voor twee wanden keurig uitgestalde halskettingen, telkens met vermelding van het soort gebruikte edelsteen. Het is hier geen brol en de artistieke combinatie van edelstenen is bijzonder, werkelijk. Herr Becker blijft op de achtergrond en komt er slechts even bij, als we hem nadrukkelijk om toelichting vragen. De keuze is moeilijk en er zijn geen prijzen te zien. Ik informeer ernaar en hij schiet te hulp. Bovenaan elk collier ligt een minuscuul kaartje en als je dat omdraait zie je de prijs : van € 26 tot € 95. Op een of andere manier mogen we de man wel en hij nodigt ons uit in zijn werkplaats, waar alles gebeurt. Er ontspint zich een gesprek over de kunst van het slijpen en dat gaat op natuurlijke wijze over op zijn persoonlijke geschiedenis. Hij eindigt nu waar hij ooit begonnen is : in Idar en met hangers. Hij leefde enkele jaren in Koeweit, waar hij voor rijke Arabieren driedimensionale dieren in edelsteen fabriceerde, maar die markt is opgedroogd. Dan verhuisde hij naar Minas Gerais in Brazilië, later weer naar Namibië. In die landen zijn nog veel vindplaatsen, maar de tijd dat je het allemaal maar van de grond voor het opscheppen had, is natuurlijk voorbij. De eerste die doorhad, dat, wat je van de bodem loswrikte, goud was en dat goud kon verhandeld worden, die is natuurlijk schatrijk geworden. Over de Arabieren heeft hij geen goed woord over. Dat verspilt zijn rijkdom, doet alles op aan luxe en aan het instandhouden van hun koninkrijken, maar investeren niet in de toekomst. Wat als de olie opraakt ? Terug naar de woestijn ! Waaraan deze man overigens een hekel heeft, hij kan geen woestijn meer zien. Ze interesseren zich niet voor de wereld, ook niet voor hun Arabische soortgenoten in bijvoorbeeld Palestina, maar als hun koninkrijk bedreigd wordt, dan voeren ze oorlog, zoals in Jemen. En de Amerikanen steunen de Saoedi’s militair ! Terwijl die toch nog 100 jaar nodig hebben om te leren beseffen dat oorlog eindigt op alles kaput. Hij pauzeert even, kijkt ons ernstig aan en bekent : daar hebben wij Duitsers ook twee oorlogen voor nodig gehad, om dat te beseffen. Hoe beleefd en formeel hij ook was in het benaderen van potentiële klanten, nu uit hij zich persoonlijker dan van een handwerkman in een edele winkel kan worden verwacht. 

Terug naar de Schmuck. We laten de keuze afhangen van de sfeer van de hangers. Er ligt er een erg mooie te blinken, kleurrijk, van koraal en magnesiet, geschikt voor op een kleurrijke zomerse jurk. En een delicate hanger, zwaar van stenen uit onyx, jaspis, lava en obsidiaan, voor op een feestelijke jurk op een elegante avond. En een korte ketting, fijn en neutraal, passend bij zowat alles. Mijn echtgenote keurt en twijfelt en kiest : het wordt die laatste. De man draait het kaartje om, het is de goedkoopste ! Hij is samengesteld uit maar een steen : net-agaat uit Minas Gerais. Een goede keuze ! 

Op naar Oberstein, toeristisch tot en met. Het voetpad van ontelbare treden naar de Felsenkirche doen we maar niet. De kerk staat 60 m. hoog in de rots, is gebouwd in de 15°eeuw als verzoening voor een broedermoord. Ook op afstand oogt ze indrukwekkend, geplaatst in een natuurlijke of uitgehakte nis in de rotswand, spectaculair. Nog hoger het Schloss Oberstein en de Burg Bosselstein, vandaag voor ons onbereikbaar hoog. We dwalen wat langs de winkels, ook hier nogal wat etalages met edelsteen, waaronder zelfs eentje met eigentijdse juwelen, wat je hier zeer weinig ziet, bijzonder mooi. Voorts is er nog een museum van de edelsteen. We eten een schoteltje tomaat-mozzarella op een terras aan de fontein op de Markt. De oosterse dienster loeit met harde metalen stem aan elk tafeltje : alles gut ?We drinken er op deze warme dag - 31° - mineraalwater bij : Schwollen Gourmet, feinperlig wasser für die Sinne.Bij het afrekenen schenkt de dienster ons een oosterse glimlach en ze spreekt warempel echt Duits : hat’s geschmeckt ? Dass freut mich sehr ! De lange smalle winkelstraat loopt nog verder dan de markt. Daar staat dan plots een groots opgezet monument in een plantsoentje, een herdenking van Joodse slachtoffers uit de oorlog. Even kijken wanneer het monument in opgericht : 2002..... 

Aan de Moezel vindt iedereen wel zijn uitverkoren dorp. Het is best een aangename bestemming met veel natuur. De zomerse drukte is een probleem voor wie daarvoor gevoelig is, want het neigt hier en daar naar massatoerisme en je bevindt je in camperland. Een bestemming om geregeld naar terug te keren ? Niet direct, het is toch meer seniorenland, hoewel we genoten van de natuur en de uitstappen. En van het andere land. Want het is toch echt wel een ander land dan met name Frankrijk. Taal, gebruiken, eten, omgang, het is allemaal op zijn Duits. Eigenlijk is dat wel prettig. Wij zijn als Vlamingen opgegroeid met Frankrijk aan de deur, niet met Duitsland. Landkaarten bijvoorbeeld, die waren bij ons in de regel Frans, Michelin, weet je wel. Duitsland is net zo interessant, maar vergt een inspanning, omdat het minder is opgeslagen in het geheugen dan Frankrijk. Wat bijvoorbeeld opviel, dat zijn de Duitse kranten, de nationale dan, niet de regionale. Daar kan Le Monde nog een puntje aan zuigen, dat moet ik toch even opmerken…

Zou ik in Duitsland kunnen aarden ? Ondanks de ervaringen van onze ouders – de oorlog – is het voor onze generatie best een aantrekkelijk land. Het is ordelijk en schoon, goed georganiseerd. De taal is herkenbaar en mooi, op voorwaarde dat je er wat moeite voor doet. Het is er ook wel gemoedelijk, maar niet klefferig of vanuit de hoogte, zoals bijvoorbeeld de Oostenrijkers. De warme bakker heeft echt brood in zijn winkel en de wijn is een reisje waard. Onroerend goed is goedkoper dan bij ons, het leven in het algemeen trouwens. Er ontbreekt iets, maar wat is niet zo gauw uit te leggen. Het is iets gevoelsmatig, misschien wel een savoir vivre. Frankrijk is in dat opzicht dichterbij, hoewel we ons daar zouden ergeren aan de nonchalance en het chauvinisme. Cliché’s zijn uitvergrote conclusies natuurlijk, maar toch, er zit wat in. Zo zijn Duitsers toch wel wat zwaar op de hand, net als hun keuken, en de Fransen frivool en ongeïnteresseerd. En Nederlanders ?! En Vlamingen ?! 

Alle geforceerde retoriek over wereldburgerschap ten spijt, de andere en het andere blijven in de grond zowel aantrekkelijk als vreemd.

Herman van Schoten, Schoten, België, 26/06/2016.
alle rechten voorbehouden : vanschotenherman@gmail.com.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten